[Jan. 1916. niet beter beoordeelen dan door den invloed na te gaan op eigen prestatie. De pony wordt in China zeer slecht verzorgd en verpleegd. Het schijnt, dat hij hard achteruit gaat, wanneer hij langen tijd onvoldoende of geen werk doet en daarbij nog een goed verzorgd leventje kan leiden. Het gebruiks- en daardoor handelspaard is de ruin. Niet omdat de merrie voor fokdoeleinden bewaard moet worden, maar omdat zij te klein en daardoor veelal niet sterk genoeg is. De commissie kocht slechts 2 merries aan. Alle aangekochte paarden zijn min of meer reeds gereden of hebben getrokken. Hierdoor zijn zij heel wat meer handelbaar dan b.v. de Australische remontepaarden. Bij niet deskundige behandeling kan deMongool- sche pony echter zeer lastig zijn. Het verzet draagt een eenigszins stug en koppig karakter. Hoogte. De gegevens, waarover het D. v. O. beschikt en die vermoedelijk als basis gediend hebben ter vast stelling in de instructie van een minimum maat van 1.34 M., zijn in deze niet geheel juist. Al spoedig bleek, dat de commissie, indien zij star aan die maat bleef vasthouden niet alleen maanden langer over den aankoop zou moeten doen, doch te vens, dat zij dan de beste ponies zou moeten laten r staan. De gemiddelde taille van den Mongoolschen pony is kleiner. Ter beoordeeling hiervan mag men nog niet uitgaan van de gemiddelde taille van den aankoop, aangezien bij de commissie steeds het streven heeft voorgezeten slechts ponies te koopen van zoo groot mogelijke hoogte. Van de 1500 gekeurde ponies is dan ook een zeer groot percentage afge wezen om de hoogte, terwijl zij toch reeds te voren door de eigenaars op hoogte eenigszins uitgezocht waren. Gemiddeld zal de taille van den Mongoolschen pony, zooals die in het N. gefokt wordt, niet meer 59

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 61