Jan. 1916.) Dagboek der Commissie tot aankoop van middel is tegen het oploopen der beenen, kwam dit toch in veel sterkere mate voor dan bij Australische paarden. Wellicht is de zware, onmiddellijk voor- afgegane landreis daaraan niet vreemd. Het S.S. „Tjiinanoek" is gebleken een zeer goed paardentransportschip te zijn. Het centre castle ei gent zich daartoe bij uitstek. In totaal hadden zon der bezwaar een 60 a 70 ponies meer vervoerd kun nen worden (op het bovendek). De Maatschappij beschikt over een 2e schip in het zusterschip „Tji- taroem". De Tjisendari en de Tjikembang, weliswaar grooter en iets sneller, zijn minder geschikt, aange zien het centre castle in tweeën is gesplitst zonder eenige ventilatieopening in het tusschenschot. De overige schepen zijn veel kleiner, doch vooral veel langzamer. De stalls hebben zeer goed voldaan. Hun constructie is bestand tegen zwaar weer, mits geen typhoon. De technische inspectie der maat schappij heeft aanteekening gemaakt van de enkele bijzonderheden, door de practijk aan het licht geko men. Den 7en September werd draadloos naar Wel tevreden geseind: „ChefVIlIe Afd. D.v.O. Bandoeng: Arriveer Woensdagmorgen 8 uur, 270, geen ziekten." 8 September. Aankomst te Tandjong Priok ten 8 uur V. M. Het uitladen ving ten 10 uur V. M. aan en was ten IP/2 uur afgeloopen. De dieren werden daarna afgestapt en gebivakkeerd aan, tusschen boomen gespannen, touwen, waarbij l. E. de Commandant van het Leger en de Chef van het Wapen der Artil lerie een inspectie hielden. Vervolgens werden de dieren gevoerd en gedrenkt en begon ten 3 uur N. M. het inladen in de spoor wegwagens. Dit was ten 6y2 uur N. M. afgeloopen. Een der reeds ingeladen paarden zakte, vermoedelijk van vermoeienis, ineen; werd wederom uitgeladen en gezonden naar den ziekenstal te Petodjo gelijk met een andere pony, die zich losgerukt had en pasop gevangen werd, nadat de inlading afgeloopen was. 78

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 80