Febr. 1916.] De aanval door de eerste stormcolonne op het Op commando van den compagniescommandant maakte de storm colonne vervolgens front naar de richting, waarin de Keizerlijke hofstad ligt, en presenteerde het geweer als een voor velen laatsten groet aan den Keizerlijken Opperbevelhebber onder eene ademlooze stilte, welke slechts hier en daar door een nauw bedwongen snik verbroken werd 1 Na dit afscheid marcheerde de stormcolonne af door de linker gemeenschapsloopgraaf naar de voorste aanvalsstelling. De mid delste loopgraaf, stond gedeeltelijk onder water en was zeer mod derig. In de voorste aanvalsstelling aangekomen, van waaruit de aanval beproefd zou worden, verzamelde de commandant de onder officieren en soldaten 1ste klasse en gaf hun zijne laatste bevelen, luidende als volgt: 1. Ik zal heden nacht te 1 u. met mijn peloton en twee groepen genietroepen de middenschans bestormen. 2. Vijf grenadiers, 1 groep genietr., 2 groepen verkenners 2), de lste, 2de en 3de groep van mijn peloton vormen de rechterco- lonne en gaan door den rechter doorgang. Vijf grenadiers, 1 groep genietr., 1 groep verkenners 2), (je 4de, 5de en 6de groep van mijn peloton vormen de linkercolonne en gaan door den linker doorgang. 3. De grenadiers en de geniesoldaten marcheeren in elke colonne aan het hoofd; indien zij tegenover een vijandelijken mitrailleur komen te staan, zullen zij hunne granaten werpen en onmiddel lijk daarop vooruitstormen. 4. De geniesoldaten marcheeren aanvankelijk met de grenadiers. Zoodra het peloton infanterie de schans genomen heeft, zullen zij zonder verwijl de electrische en dergelijke inrichtingen op sporen en vernielen. Zij krijgen daarbij de beschikking over 10 infanteristen. 1) Hierbij móet in aanmerking genomen worden de vereering, welke de groote meerderheid van het volk voor den Keizer als een wezen van goddelijken oorsprong heeft. Voor Japansche ooren klinken dergelijke aanspraken dan ook volstrekt niet overdreven of opgeschroefd. 2) Hiermede bedoelt schrijver de onderofficieren en soldaten afkomstig van de andere comp. van het bataljon. Elke groep verkenners bestond uit één onderofficier en één soldaat lste klasse. 174

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 54