Febr. 1916.] Eenige opmerkingen en voorstellen betreffende ningen, aangezien natuurlijk het bureau-werk hoofdzaak blijft en bedoelde officier zich niet kan verantwoorden, indien er fouten gemaakt worden, dat hij het te druk had met de afdeeling. Toch is juist hier een intensieve opleiding noodig, omdat o.m. het gros der Europeesche cavaleristen een zeer slechte school opleiding heeft gehad en daardoor slecht leest, spreekt en schrijft, terwijl ook het opsporen en herstellen van gebreken een groote mate van vindingrijkheid vereischt, die bij technisch onontwikkelden eerst zeer geleidelijk kan worden aangekweekt. Om verder van het lezen en opschrijven van berichten door Inl. cavaleristen niet eens te spreken! Hoe zou nu aan deze bezwaren tegemoet te komen zijn? Er zijn natuurlijk nog wel andere wegen, doch komt mij de vol gende oplossing wel de meest practische voor: 1. De sterkte van de afdeeling terug te brengen tot één patrouille, onder uitbreiding van het materieel met sterke seinlampen. 2. Het boven de tegenwoordige formatie brengen van de afdeeling, evenals met de Madsen-afdeelingen is geschied. 3. Het vereenigen van de telefoonpatrouille en de Madsen-af deelingen tot een „technisch peloton" onder een speciaal daartoe aangewezen officier. Ad 1. Twee der b;reden telegrafisten zouden, in stede van wat nu tot hunne uitrusting behoort 2 eenvoudige signaallampen mede moeten voeren, die echter een grootere capaciteit moeten hebben (ook om overdag bij bewolkten hemel te gebruiken een geval, dat zich in Indië veel meer voordoet dan men oppervlakkig zou denken) dan de in de Handleiding Optischen Seindienst aangegeven lamp. De beide andere telegrafisten zouden voorzien dienen te worden van een klein telegraaftoestel, dat zij in bestaande lijnen zouden kunnen inschakelen of, dat gebruikt zou kunnen worden om het in een kantoor gedeeltelijk vernield materieel tijdelijk te vervangen. Een dergelijk toestel als door mij aangeduid, is mij niet bekend, waarbij ik echter voorop stel, dat mijne bekendheid met telegraaf toestellen een zeer oppervlakkige is. Wel weet ik, dat bij de Cava- 1) O.a. bij de Oostenrijksche cavalerie in gebruik. Tijdens de mobi lisatie werden hiermede in de Karst zeer goede resultaten bereikt. 192

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 76