Juli 1916.]
Terreinvoorstelling op kaarten.
Lang heeft het geduurd eer men, zoowel op topographische als
geographische kaarten, van de meest voor de hand liggende signatuur
voor het aangeven van hoogteverschillen, d w z de hoogtecijfers,
gebruik maakte. Zelfs toen men al over duizenden van door me
ting bepaalde hoogtepunten kon beschikken, werden de gegevens
in stede van op de juiste plaats te worden bijgeschreven, tabel
larisch dan wel in den vorm van profielen op den rand der kaart
vermeld. En nu men er eindelijk toe overgaan is, de hoogtecijfers in
de kaart zelve op te nemen, kunnen conservatieve kartografen zich
nog niet losmaken van het gebruik om alleen van toppen de hoogte
op te geven, ofschoon daardoor slechts een klein gedeelte met be
trekking tot de derde afmeting gekarakteriseerd wordt Zij beden
ken niet, dat in de vlakten en in dalen slechts een paar hoogte
cijfers reeds een typeerend beeld kunnen geven van de horizontale
gesteldheid van een uitgestrekt terrein.
Een overgang van den molshoopen tot den rupsenvorm wordt
gevonden in de cavalier-perspectivische voorstelling, waarbij men
het terrein beschouwd dacht van een verhoogd standpunt (de
cavalier in eene vesting) en tegelijk de beeldvlakte deed hellen, dus
tijd na de eigenlijke verwerping der molshoopen- en rupsenmanier
van toepassing voor de voorstelling van de bergvormen op kaarten
op kleinere schaal.
met het huidige relief, en discordante, die niet overeenkomstig zijn met
het h-uidige relief. De discordantie werd veroorzaakt, öf doordat de water
scheidingen ouder waren dan de gebergten zelve en ontstaan in een tijd,
toen de tectonische gesteldheid dier gebergten eene geheel andere was,
öf doordat de erosie ze.aan een of beide zijden aantastte. Hoewel de
waterscheidingen in het algemeen eene neiging hebben tot standvastigheid,
kunnen zij tengevolge dier erosie verschoven worden, welke ver
schuiving op een totale vernietiging kan uitloopen. Men heeft dit
terecht „den strijd om de waterscheiding" genoemd, en indien eene
rivier tengevolge van verschillende oorzaken sterker erodeert (door eene
grootere waterhoeveelheid, sterkere helling en gemakkelijkere aantast
baarheid der gesteenten) dan eene tegenoverliggende, dan verschuift de
eerste haar oorsprongspunt steeds meer en meer naar de waterscheiding toe.
graaft ook deze door en trekt daardoor de tweede rivier binnen haar
stroomgebied.
710