Uit de Practijk. [Juli 1916. zoovele andere gevallen, beter gezegd in den regel, enkele schoten niet voldoende zijn geweest. Verder luidt de zooeven afgebroken 5e alinea van punt 339: ,,Zoo noodig worden de zijwanden der woning als ook die der binnenkamers van buiten omvergehaald, waartoe met voordeel ge bruik kan worden gemaakt van de draagstokken der tandoes; voor dit werk worden bij voorkeur vrijwilligers aangewezen, etc". Hier wordt voorgeschreven, wat in de praktijk ook geregeld wordt toegepast. Steeds worden dientengevolge onze flinkste manschappen aan gewezen, niet alleen om bovenbedoelde, maar ook ander soort gevaarlijke werkjes op te knappen. Het komt mij voor, dat wij spaarzaam behooren om te gaan met de besten onder onze soldaten. Wij hebben hen bij andere gelegenheden, waarbij zij van veel meer nut kunnen zijn, hard noodig. Voor dergelijke karweitjes, waarbij men domweg en heel passief het leven er bij in kan schieten, koos ik bij voorkeur een gerenommeerden „Drückeberger". Ook dit is niet billijk en moeten naar mijn huidig gevoelen voor zulke affaires de manschappen zooveel mogelijk bij toerbeurt worden aangewezen. Ten slotte eene opmerking over de dik gedrukte passages in ons voorschrift. Mijn opinie is, dat het voorbeeld in andere voorschriften of reglementen geen navolging verdient. Sommigen worden in den waan gebracht, dat de vet gedrukte alinea's uitermate belangrijk zijn en het daar vooral op aankomt, de rest min of meer nevenzaak is. In elk geval bereikt men er mede, dat aan de dikke letter buiten gewone attentie wordt geschonken, een attentie die niet altijd even gemotiveerd is. Het is althans zeker, dat men in het voorschrift minstens evenveel punten kan aanwijzen, die de dik gedrukte in gewichtigheid even aren en misschien wel overtreffen. Het is een kwestie van smaak. Men is vooral de eerste 50 bladzijden vrij kwistig met den vetten druk geweest, terwijl men verder tot het einde toe weer kariger in de toepassing daarvan werd. Het is natuurlijk niet mijn bedoeling om de dikke letter geheel uit het boekje te bannen. Daar waar het overzicht er mede gebaat is, verdient het gebruik daarvan zooals b. v. onder hoofdstuk IV is geschied zeer zeker aanbeveling. E. J. G. 769

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 75