Naar aanleiding van „Weerplicht voor Inlanders en [Aug. 1916.
dóór Europeesche en Inlandsche militie te vervangen. Deze opdracht
had ten gevolge, dat de thans aanhangige militievoorstellen en een
daaraan aansluitend voorstel tot geleidelijke opheffing van de schut
terijen op Java en Madoera zijn ontworpen
Ook de Heer Van der Weyden wenscht weerplicht onder de
Europeanen, doch slechts als onderdeel van zijn grootsch opgezet
voorstel, om weerplicht in te voeren onder de geheele bevolking,
Europeanen en Inlanders, niet alleen van Java, doch ook van be
langrijke streken der buitenbezittingen. Hij komt dus voor den
dag met een afgerond voorstel, dat in waarheid eene afdoende
oplossing van het verdedigingsvraagstuk belooft, terwijl de regee-
ringsvoorsteilen noodzakelijk binnen afzienbaren tijd door andere
gevolgd moeten worden om ons krijgswezen te helpen uit het moeras,
waarin het thans vastgeraakt is. Door voorts den Gouverneur-
Generaal de bevoegdheid te geven het jaarlijksche contingent vast
te stellen, krijgt het ontwerp Van der Weyden de elasticiteit
noodig om de legersterkte in ecne redelijke verhouding tot het
bevolkingscijfer te houden, zoodra officierskorps en kader sterk
genoeg zijn. Dit laatste is eene niet gering te schatten moeilijkheid,
getuige de ondervinding in het moederland.
De invoering van weerplicht op groote schaal onder de inheemsche
bevolking legt nieuwe en zware plichten op het onderwijzende
personeel, n. 1. officieren en kader. Terecht komt Schr. op tegen
het veelvuldig afgeven op de militaire eigenschappen van de Javanen
en wijst hij op de noodlottige gevolgen van de voortdurende
achteruitstelling van den Javaan bij zijn veel meer bevoorrechten
Amboineeschen en Menadoneeschen krijgsmakker. Gedurende den
Java-oorlog maakten de veel gesmade Javanen het ons zeer
lastig, zelfs bij ontmoetingen in het open veld, en velen onzer
aanvoerders wisten met Javanen in onze Indische oorlogen groote
uitkomsten te verkrijgen. Maar, dan beginne men met een
einde te maken aan elke achteruitstelling2) en bovendien de
899
SAMENSTELLING VAN DE WEERMACHT IN NEDERLANDSCH-INDIE".
1) De voor de uitvoering van deze, niets of weinig kostende, voor
stellen noodzakelijke wijziging van Art 113 R. R. is volgens de telegram
men uit patria juist bij de Staten-Generaal aanhangig, gemaakt.
2) In de regeeringsvoorstelten js gelijkstelling in betaling en verpleging
voor de Inl. weerpliclitigen met Eur. voorgesteld, ongetwijfeld een groote
stap in de goede richting.