Overzicht van eenige Buitenlandsche Tijdschriften. [Aug. 1916.
ir>^Ieu^ Richardson betoogt in een artikel „The land strategy
\Fr c 'esson Verdun", dat voor de geallieerden op het
Westfront van een aanval niet meer te verwachten is, dan de Duitschers
bij Verdun hebben bereikt, d i. eene mislukking. Schrijver wil den
vijand op het Westfront slechts binden, de zwakste tegenstanders
n. 1. Turkije en Bulgarije aanpakken en door deze achterdeur Oos
tenrijk binnen vallen. Voor de Centralen zou, meent hij, de aan
gewezen weg zijn, voor goed met Rusland af te rekenen. Op het
oostelijk front kan men daartoe den bewegingsoorlog voeren, wat
in het Westen onmogelijk is en zonder bewegingsoorlog geen beslissing.
„Submarines or battleships" geeft eene verdediging van de waarde
van slagschepen, tegenover hen, die van de onderzeeboot alles
verwachten. Nooit zal de onderzeeër in kracht van bewapening
en zeewaardigheid met de groote schepen kunnen wedijveren. De
overschatting der beteekenis van onderzeebooten, zegt schrijver, is
even oud als de onderzeeboot zelf, zoo niet ouder. Robert Fulton,
die een „Mechanical Nautulus" construeerde, schreef in Januari 1806
aan Pitt: „I have full confidence in the power which I possess,
ii to the world a system which must of necessity sweep
all military marines from the ocean".
De schrijver noemt den onderzeeër o. a. waardeloos voor over-
zeesche expedities, voor het overbrengen van troepen, artillerie en
egervoorraden; hij verklaart hem onbruikbaar tegenover kustverster-
kingen en ongeschikt om landingstroepen of hulpmiddelen voor
eene landing af te zonderen.
De schrijver vergeet, naar het ons voorkomt, dat de onderzeeboot
nog m haar kindsheid verkeert en dat het volstrekt niet is uitge
sloten, dat zij wanneer eenmaal eischen gesteld worden, die thans
nog niet zijn uitgesproken—zich daaraan zal weten aan te passen.
In „From the Tigris to the Texel" laat Miller Maguireeen woord
van lof hooren voor het optreden van generaal Townshend in Me-
sopotamië. Niet aan hem, zegt hij, zal het te wijten zijn, als het veri-
keerd gaat op dit oorlogsterrein, maar aan hen, die de expedite
uitzonden, welke evenals het Gallipoli-avontuur tot het dolende
ridder-type van krijgsondernemingen behoort.
Vervolgens geeft de schrijver eenige niet onvriendelijk gestemde
beschouwingen over Nederlands positie in den volkerenkrijg. Hij
meent, dat Holland niet onverstandig zou lijken, als het zich aan
tngelands zijde stelde, maar wijst ook op de strategisch moeiijke
positie van Nederland ten opzichte van Duitschland. Hieraan voegt
de schrijver eenige beschouwingen toe over Nederlandsche inundatiën
en hare beteekenis in vroegere oorlogen.
„The record of the german fleet" geeft een overzicht van de
sterkte der Duitsche vloot bij het begin van den grooten oorlog en
925
