Aug. 1916.] De Herziene Rechtspleging bij de Landmacht. Van een vonnis, waarvan de beklaagde in hooger beroep kan gaan, dient onmiddellijk na de arrestatie in raadkamer door den secretaris aan den beklaagde bericht te worden gezonden ten einde dezen in gelegenheid te schenken appèl aan te teekenen. Gaat beklaagde in appèl, hetzij terstond, hetzij na de htm bij het Reglement toegestane tijdsruimte van acht dagen, dan wordt het vonnis gepronuntieerd in tegenwoordigheid van den beklaagde. Is een vonnis executabel geworden dan kan de executie nog ver traagd worden, doordat de veroordeelde een verzoekschrift om gra tie wenscht in te dienen; daartoe is de bepaling opgenomen, dat na de pionuntiatie een termijn van acht dagen moet verloopen, als de veroordeelde heeft te kennen gegeven, dat hij het indienen van een gratie-rekest overwegen wil. Gedurende dien termijn kan de veroordeelde aan den secretaris een open en ongezegeld verzoek schrift indienen of laten indienen; Van de ontvangst houdt de se cretaris onder bekendstelling van den datum, nauwkeurigaanteekening, verder geeft deze hiervan kennis aan den auditeur-militair, die be last is met de executie en zendt het verzoekschrift zelve door aan de bevoegde autoriteit. op de standplaats van den krijgsraad is de uitvoering van het vonnis aan den auditeur, daarbuiten aan een' door den betrokken garnizoenscommandant aangewezen officier opgedragen Na de executie geeft degene, die met de uitvoering belast was, hiervan kennis aan den krijgsraad, die het vonnis gewezen heeft d. De berechting nan onertredingen. Aan het slot van deze paragraaf is op zijne plaats eene bespre king van de bijzondere berechting van strafbare feiten, als overtre dingen in het gemeene strafrecht omschreven. In de Inleiding mocht ik reeds meedeelen, dat men in het Voor- loopig Verslag de klacht had geuit, dat de berechting van overtre dingen nog steeds op omslachtige en kostbare wijze moest plaats grijpen en dat de Regeering in de Memorie van Antwoord weinig toeschietelijk bleek te zijn; eerst in het gewijzigd ontwerp 1912 werden bepalingen opgenomen, die eene vereenvoudiging aangaven 2). 1) Zoo aan een' officier de executie is opgedragen, zal deze het rap port wel middels zijn' garnizoenscommandant uitbrengen. 2) Zie boven op blz. 398, 399 en 404. 826

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 28