In den dienst nergrijsd.
In het laatst ontvangen nummer van het orgaan van de Nationale
Christen Officieren Vereeniging troffen we in een artikel
„De oorlog en het recht" de volgende anecdote ingelascht, welke
wij zoo vrij zijn over te nemen, als inleiding voor een vervolg op
het onder bovenstaanden titel in het Aprilnummer van ons tijd
schrift ingezonden stuk, waaraan de redactie nog een naschrift heeft
toegevoegd.
Bedoelde anecdote luidt
„Bij gelegenheid van groote burgertwisten in Groot-Phrygië,
was Gordius, een gewoon landman, volgens den raad van
't orakel, tot koning verheven. Hij wijdde uit dankbaarheid
zijn wagen, waarmee hij ter volksvergadering was gekomen,
aan Zeus op de burgt te Gordium. Maar meteen legde hij
den knoop, waarmee het juk aan den disselboom werd be
vestigd zoo kunstig, dat men de uiteinden van het touw niet
op stel en sprong kon vinden en dus den knoop niet kv>n
ontwarren.
Toch zeide een oud orakel,'dat hij, die den knoop zou
ontwarren, keizer vanj Azië zou worden. Dit moedigde menig
een aan, om ook zijn krachten aan de oplossing van dit
raadsel te wijden, maar steeds tevergeefs. Totdat Alexander
in Phrygië en dus ook in Gordium kwam, waar ook hij zou
beproeven den Gordiaanschen-knoop te ontwarren.
Toen ook hij evenwel geen kans zag om den knoop los
te maken, nam hij, belust op den keizerstitel van Azië, het
zwaard en hakte er midden doorheen.
Vandaar het bekende spreekwoord „den knoop doorhak
ken".
Natuurlijk, dat is het beeld van 't geweld.
Men heeft geen tijd, geen geduld om het raadsel geleidelijk
op te lossen; om het ingewikkeld proces volgens de wet,
althans volgens het recht op t_- lossen: en de keizerstitel
858
