EeNIGE BESCHOUWINGEN OMTRENT DE VEkRLËGiNG enz. [Aug. 1916.
Desnoods kon men de auto tweemaal laten rijden, hetgeen echter
niet noodig is gebleken.
De wijze van hande'en schijnt men „an höchster Stelle" niet
heelemaal juist gevonden te hebben, doch het idee van den Briga
de-Intendant bleek gunstige resultaten op te leveren. De troep
kreeg zijn dagelijksch brood en het bakkerspersoneel werd niet
afgewerkt.
Op den rustdag werd de bakkerij verplaatst, hetgeen kon ge
schieden, omdat den vorigen dag (en nacht) een dubbel ration ge
bakken was. Zoodra dit brood klaar was, ging de bakkerij den
marsch in, deels met grobaks, deels met sado's en op de nieuwe
bestemming gekomen, werd de bakkerij direct opgezet enmen
begon het ration voor den volgenden dag klaar te maken. Hieruit
mag de lezer opmaken, dat onze bakkers het op de groote manoeu
vres nu niet zoo heel gemakkelijk hebben gehad. Zonder uit te weiden
over technische bijzonderheden van dit bedrijf kan tot slot mede
gedeeld worden, dat het benoodigde water te Pangoelah en Plered
(de twee standplaatsen der bakkerij), dank zij de S.S., in tanks per
spoor werd aangevoerd. Het plaatselijk aangetroffen water was niet
wel bruikbaar.
Verder werd gebakken met phlorilyngist, dat, zooals bekend, zeer
goede resultaten oplevert.
Bij de le Brigade was eveneens een veldslachterij ingedeeld. Op
bepaalde plaatsen was vee (runderen) bijeengebracht, de Brigade-
Intendant keurde deze en de slagers, 1 Europeesche en 2 Iniandsche
fuseliers, zorgden voor het overige. Gewoonlijk werd 's nachts of
in den vroegen morgen geslacht. Al dadelijk bleek, dat onze storm
lantaarns hier van weinig nut waren, waarom dan ook een gasoli-
nelamp werd aangeschaft, waarvan meer genoegen beleefd werd.
Trouwens het is gebleken, dat bij den verplegingstrein zeer zeker
eenige gasolinelantaarns of carbidlantaars van onschatbare waarde
zijn. Het zich behelpen met een paar stormlantaarns is, bij distributie
in donker, een wanhopig werk. De uitrusting der veldslachterij is
trouwens in meerdere opzichten onvoldoende. Noodig zijn, behalve
hetgeen in het verplegingsvoorschrift is uitgetrokken;
le. een slachtbok, waarop het gedoode dier overlangs opgelegd
wordt, zoodra aan het afslachten wordt begonnen. Zooals nu,
ligt het dier op den grond te midden van bloed enz. en na
879