Sept. 1916.|
Uit de Practijk.
trouille wel onder een officier maken, maar zeker is het vol
strekt niet. Het is mijzelf tweemaal overkomen, dat beide brigades
van mijn patrouille door volslagen ongeroutineerde sergeanten wer
den aangevoerd. Het patrouillegebied was zeer uitgestrekt, de
één moest rechts en de andere links, en waar ik mezelf bezwaar
lijk kon onderverdeelen, nam ik den minst pienteren onder mijn
vleugels mee. De andere moest zelfstandig, zij 't dan ook met
een zeer minitieuse opdracht worden uitgezonden. Edoch, in
een opdracht kan niet alles worden voorzien en..er gebeurde
natuurlijk iets onvoorziens. En even natuurlijk deed de comman
dant precies, wat hij niet doen moest (dat hij een verlaten kampong
niet links mag laten liggen, maar integendeel niet rusten mag vóór
hij de oorzaak weet en de bevolking tot terugkeer heeft gedwongen,
had men hem op Java waarachtig wel kunnen leeren!) en het
gevolg was een vrij bloedig en zeer langdurig verzet.
De tweede maal liep 't even falikant uit. Er was een kleine
overval geweest, zelf kon ik, door verschillende omstandigheden,
niet uitrukken. De eenige beschikbare brigade-commandant
was een ongeroutineerde, die echter als een zeer goed sergeant van
Java was overgegeven, alle mogelijke gevallen werden met hem
besproken. De overvallers hielden voor hun kampong stand, zon
der vuurwapens en tandakkend met hun klewangs. Er was hem
precies verteld, wat hij in dat geval had te doen. Eilacie, hij raakt
op 't zien en hooren van dien vijand z'n hoofd en z'n brigade
kwijt; 't werd, zooals me de Amboineesche sergeant, die 't wel wist,
maar naar wiens raad niet geluisterd werd, later huilend kwam ver
tellen, een onbeschrijfelijke janboel, er werd een compleet vuurwerk
afgestoken en de vijand verdween jubelend, alleen een enkel bloed
spoor achterlatende. Had die sergeant hier een agressieven vijand
tegenover zich gehad, dan was de brigade in de pan gehakt.
Dit zijn een paar van de gebakken peren.
M. i., en voor zoover ik dit heb kunnen vaststellen, zijn er twee
oorzaken:
le. het ageeren tegen een I. V. wordt op Java, en wat m.i. erger
is, op de kaderscholen blijkbaar niet of niet voldoende onderwezen;
2e. er worden Europeanen tot sergeant aangesteld, die voor
dezen rang m. i. dikwijls ongeschikt zijn.
Eerst een enkel woord over ad. 2. Voorop gesteld zij, dat ik
hier natuurlijk alleen uit eigen ervaring en dus uit betrekkelijk
kleinen kring kan spreken, al weet ik, dat eenige collega's, met wie
ik dit onderwerp hier besprak, het met me eens zijn.
Van de 5 hierboven bedoelde sergeants, die allen tenminste
3 maanden bij mij patrouille liepen, heb ik er, ondanks alle pogin-
992