Sept. 1916.] Uit de Practijk. c. Het zorgen voor een behoorlijke en afwisselende voeding, het fourageeren en vooral het berekenen der vivres. d. Het toezicht op wapens en leergoed (het eerste, dat door de brigadecommandanten verwaarloosd wordt!) en ook op de hygiëne en het onderhoud van lichaam en voeten, vooral zoo noo- dig bij jonge soldaten en de kostelijke, „oorlogsrecruten". e. Het aanleggen van eerste en nood-verbanden Het opmaken van een goed patrouille-rapport. g. Het maken van een eenvoudige schetskaart van de verrichte patrouille. h. Het zich oriënteeren in en het zich een oordeel vormen van het doorgetrokken terrein. Van dit laatste wil ik een sterk sprekend voorbeeld geven. Een pas aangekomen sergeant maakt een patrouille door een zekere landstreek. Een week later wil ik in datzelfde terrein na twee nachtmarschen een kampong omsingelen, dus ergens midden in onbewoond terrein een dag-bivak betrekken, Ik bespreek het met dien sergeant: hij weet een prachtplaats. Een diepe kom tusschen de heuvels, waardoor een kali loopt. Uren ver in den omtrek geen kampong of ladang te bekennen. We gaan op weg en betrekken tegen 3 uur 's nachts in 't pikkedonker en vrijwel öp geloopen op die prachtplaats bivak. Den volgenden morgen: tableau. Op elke heuvel een kampong. Ik zat tusschen 8 kampongs in! Daarvan had hij een week geleden niets bemerkt! Diezelfde sergeant is later toch een behoorlijk patrouillecomman- dant geworden: het beste bewijs voor mijn stelling, dat het hem op Java niet geleerd is, Het is van hieruit moeilijk te beoordeelen, öf de schuld moet gezocht worden bij de kaderscholen dan wel bij de veldbataljons. M. i. moeten de hierboven aangegeven punten echter aan de ka derscholen in finesses onderwezen worden en vooral practisch. En bij dat onderwijs vergete men vooral niet als onderwijzer om een „diepen duik" te nemen in die schitterende brochure vanj B. van Heutz „De onderwerping ^an Atjeh" (Oct. 1892); de Instructie voor de Onderafdeelingschefs in de Onderhoorigheden van Atjeh (I. M.T. 19C3 bl. 253); de „Algemeene Instructie voor commandan ten van colonnes en patrouilles" (I. M. T. 1902, bl 74), beiden eveneens opgesteld door onzen grootsten kolonialen officier. En dan bijvoorbeeld als „hors d' oeuvre" de actie van de maréchaussée- colonne Schmidt bij Tangsé van December 1909-Juli 191(Of is de leerschool van J. B. van Heutz de ware niet meer en tot een fröbelschool- tje verworden? Maar men late dat onderwijs ook geven door officieren, die practisch zeif het geheele buiten- en patrouillewerk hebben 994

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 58