Van Alles Wat.
Sept. 1916.)
practijk van meer belang acht dan de theorie over het korrelwijzigen.
Heeft immers de practijk geleerd, wat S. aangeeft, dan levert hij
daarmede het bewijs, dat het inschieten of het korrelwijzigen verkeerd
geschiedt, maar heeft dit niets met controleschoten te maken.
Maar ook de gewenschte samenwerking heeft te lijden, doordat
een ieder zich tot allerlei in staat acht.
Hoewel bij de artillerie bij den A. C. W. vervaardigde, handige
kistjes voor het opbergen van seinlampen in gebruik zijn, moet de
infanterie blijkens de opmerkingen van S. maar op de een of andere
treinkar die voorwerpen met reserve glazen zien mee te voeren. Dit is
tevens een bewijs, dat die inrichting niet onder de artillerie behoort.
En terwijl de A. C. W., de P. W. en de C. v. P. al 5 jaar zoeken
naar een bruikbaren loopgraafmortier, is bij de Genie zoo vertelt
de kapitein van Exter dit vraagstuk, onafhankelijk van de bij ons
opgedane ervaringen, ook maar eens ter hand genomen, zoodat we
nu veel kans hebben geen van beiden tot een behoorlijke oplossing te
geraken.
Het blijkt uit deze voorbeelden, willekeurig uit de laatste twee
afleveringen van het I. M, T. genomen, al weer te over, dat niet
alleen bij Sancta Barbara op gruwelijke wijze in ons leger wordt
gemodderd.
31 Juli 1916. H. L. Maurer.
Een paar opmerkingen oner schrijimerk na mobilisatie.
Bij Staatsblad 741 (zie I. M. T. Maart '16 blz. 360) zijn bekend
gemaakt de Regelen voor het voeren der administratie bij het Leger
na mobilisatie in geval van oorlog tegen een B. V. Zij die, voor-
uitloopende op de uitgave van het daarover uit te geven boekje,
reeds van dit Staatsblad hebben kennis genomen, zullen een zucht
van verlichting niet hebben kunnen onderdrukken bij het ontdekken
van de belangrijke verlichting van het administratieve werk van
den compagniescommandant Geen dikke controle met oneindig
vele aanteekeningen, doch een dun uitbetalingsboek met diverse
kolommen om alle hoog noodige gegevens op te nemen. Geen ver
nieuwingen, doch enkel verstrekkingen op proces-verbaal en na
afloop bij leven en welzijn kleeding taxatie om de jaartallen weer
vast te stellen. De kwartiermeester is de eigenlijke administrateur
1) Dat echter die vereenvoudiging niet voor vredestijd geschikt is, be
hoeft hier niet bewezen te worden.
1012