Patrouilletroepen.
[Oct. 1916.
aantal kan nog verminderen—dat hun verlies voor het actieve leger
geen gewicht in de schaal legt.
Om kort te zijn, zullen wij verder kader en minderen tegelijk
behandelen: de Marechaussee en de Gewapende Politie vormen
de beide kranen, waardoor ons leger vele goede krachten afgetapt
worden. Over het eerste korps mag ik niet klagende Marechaus
see is een deel van het leger en nog wel een zeer gewichtig,
ja, thans nog noodzakelijk deel; bovendien blijven die krachten
in het leger; wel zou ik natuurlijk het liefst mijn keus willen kun
nen doen uit al de lagere elementen uit het leger, maar: wenn
man nicht haben kann wass man liebt, so muss man lieben wass
man hat.
Thans ons noodzakelijk kwaad, ik bedoel de Gewapende Politie,
waarmede we nog wel lang zullen voortsukkelen. Was de innigste
bedoeling met het instituut der G. P. slechts een hulpkorps voor
het B B. te hebben, ik zou slechts zeggen: het hemd is nader
dan de ruk; eerst het leger i. c. de patrouilletroepen; blijft er dan
wat over, welnu, geef dan ook wat aan een behoeftige.
Maar ik stel mij de zaak niet zoo onschuldig voor. Moet de G. P.
niet in geval van nood als een quantitatief vrij groote en daarom
door velen zeer gewenschte legerreserve beschouwd worden Over
het qualitatief verre minderwaardige is geen ernstig debat mo
gelijk Wie daartoe de hand in het vuur zou willen steken, verdient
slechts zich te branden; ook zou ik hem niet au serieux nemen.
Is het nu echter gewenscht een legerreserve, die reeds minder
waardig is, ook nog haar ruggegraat te ontnemen, nl het kader
van het l.ger afkomstig? Mijn antwoord is, gelet op de om-tan-
d gheden, een beslist ja. Is toch de G. P. zooals ik die noemde
ern legerreserve in geval van nood, dan zal het zeker niet van
doorzicht getuigen, als wij dien noodtoestand niet zoo lang moge
lijk voorkomen, door ons leger qualitatief tot het hoogste peil op
te voeren, waartoe de volle beschikking over ons eigen meest
geschikt kader een conditio sine qua non is. Natuurlijk, is dan
toch die reserve eenmaal noodig, dan is ze nog slechter, dan zé anders
reeds zou zijn; maar de kans, dat ze niet noodig is, is dan ook
zooveel te grooter.
Wie trekt nu het beste deel van zijn troepen uit de loopgraven terug,
tnkei maar om dan zijn reserves zooveel beter en sterker te maken
1C93