Nov. 1916.)
Uit de Practijk.
een fourier of als zoodanig dienstdoende urgent, doch denkelijk zullen
ook hier de finantiën zich daartegen verzpften.
11. De uitrusting voor atelier sub d dient alsdan in de instructie
inventaris te worden vastgesteld.
Hoofdstuk IV.
1. In verband met het vorenstaande zou ook de indemniteit-
uit te keeren aan den O. v. W., van atelier sub d verhoogd moeten
worden en zou die kunnen bedragen:
aan indemniteit voor schrijfbehoeften 9.—
magazijnskosten 20.—
6. Voor het uitvoeren van herstellingen aan lederwerk wordt
aan dpn korporaal-schoenmaker of den daarvoor aangewezen werkman
reparatieloon uitbetaald.
Voorheen werd zulks ook gedaan ten behoeve van de geweer
makers, doch met recht werd afgestapt van die omslachtige methode,
welke tevens aanleiding gaf tot het maken van vergissingen.
M. i. is het verkieslijker, ook aan den baas-schoenmaker eene vaste
maandelijksche premie te verstrekken.
Deze premie zou kunnen worden vastgesteld, door bv. het gemid
delde over de laatste drie jaren te nemen; hierbij dient ook in aan
merking te worden genomen de kosten der grondstoffen.
Veel schrijfwerk zou hierdoor voorkomen worden, want in de
groote garnizoenen moet de O. v. W. elke maand minstens vier volle
dagen besteden aan het opmaken der staten, waarop de schoenma
kers betaling moeten ontvangen.
Tevens verdient het aanbeveling, dat elk zelfstandig korps of de
tachement zijn eigen schoenmaker heeft. Nu reeds, in vredestijd,
moeten de korpsen bij elkaar leentje-buur spelen.
Hoe moet het gaan, indien tijdens een oorlog de korpsen en zelfs
onderdeden van korpsen op verschillende plaatsen gelegerd zullen
worden
Ook wat deze werklieden betreft, is het vormen eener reserve geen
overbodige weelde.
7. In verband met het voorstel betreffende 6 zou deze para
graaf gewijzigd moeten worden, voor wat betreft het opmaken van
reparatiestaten voor herstellingen aan ledergoed ten laste van den
Lande.
Hoofdstuk VII.
Eene nachtmerrie van de compagnies- en detachementscomman
danten is wel de zorg voor de wapening, nl. dat geen verwisseling
van onderdeden der schietwapens plaats heeft.
Nauwelijks is gezorgd, dat alles in orde is, of een week later ligt
alles weer door elkaar.
1236
