Nov. 191*,]
daarop volgende Mei-aflevering. Naast de methode v. d. M. en de
methode O. hebben wij thans de methode Merkatz, deze laatste
door den heer Peters ten zeerste aanbevolen. De methode O. mag
m i. beschouwd worden als een verbetering van de methode v.d.
M.bij beide toch wordt uitgegaan van nagenoeg dezelfde begin
selen, doch bij de laatste wordt aan de factoren snelheid en bewe
gingsrichtingwelke gemiddeld van niet geringeren invloed zijn
op de te bezigen hoogterichtstanden als de factoren afstand en
terreinhoek i)—wel is waar terdege de aandacht gevestigd, doch
om deze factoren zoo goed mogelijk in de richting in te schakelen,
daarvoor worden geen voldoende middelen aangegeven. Dit laatste
is daarentegen wel zooveel mogelijk getracht te bereiken bij de
methode O. en mag daarom de andere buiten verdere beschouwing
blijven bij een vergelijking van de eerste met die, welke door den
heer Peters wordt voorgestaan, en welke wij om vergissingen
te voorkomen in den vervolge zullen aanduiden met de methode P.
Alvorens evenwel tot deze vergelijking over te gaan, acht ik het
niet ondienstig het volgende op te merken.
Aan de meeningen van von Merkatz mag men zeer groote waarde
hechten, doch om die meeningen zonder ontleding te aanvaarden
als de meest juiste, is en blijft gevaarlijk.
Superioriteitsachting is goed, doch superioriteitsidiosynkratie maakt
blind en sluit den verafgoder voor de mogelijk goed bruikbare
ideeën van minder bekende personen. Het is aan de goede zaak
te kort gedaan om in een wetenschappelijk werk met een niet van
alle kanten in beschouwing genomen systeem, als dat van von
Merkatz, maar mede te gaan en zich daarop blind te staren, om zich
vervolgens er toe te laten verleiden een anderman's werk zonder
ernstige bestudeering in enkele regels geheel te veroordeelen, want
dat is geschied. Het door mij uitgewerkte systeem in de j. 1. Mei
aflevering I. M. T. wordt door Schr. terloops in één enkelen noot
(W. J. bladz. 148) als onbruikbaar verworpen, zonder zulks maar
eenigszins te documenteeren. Nu moge het waar zijn, dat Schr's
verhandeling reeds in concept gereed was bij de verschijning van
de Mei-aflevering 1. M. T. en de tijd ontbroken hebben om mijn
methode behoorlijk te ontleden en weerleggen, dit toch zou nimmer
1) Zie de tabellen I - III op bladz. 504-506 Mei-aflevering I. M. T.
1188