Een ïnederinoord Dan G. aan den Kapi tein der mitrailleurs 3. Peters, (naar aanleiding Dan de in bet Wetenschappelijk Saarberichi der I.V.K. Doorkomende kritiek oDer bet door G. in het l.m.T 1916, Dec. Dr. geschreDen artikel: „Onze (Ditrail- leursscbutters en bunne schïetopleiding.") In genoemd Jaarbericht bespreekt de Kapitein b/d Mitrailleurs J. Peters het in December 1915 door mij in het I. M. T. geschreven, bovenvermeld artikel en ik kan niet nalaten, daarop enkele woor den te zeggen. Ik zal kapitein Peters' overzicht puntsgewijze beantwoorden. Ie. Een warm betoog om uitgelezen schutters bij de mitrailleur compagnieën te plaatsen. Inderdaad een warm betoog! waarbij ik blijf: „Alleen goede schutters bij de Mitrailleur-Compagnieën!" Het gaat er bij ons om: alles er in of alles er buiten: en dit hangt af van oog en zenuwen Heb ik dus voorloopig een goed geweerschutter, het goede oog, dan heb ik 90°'o kans, dat alles „er in" is. Zoo'n man leert men dan nog de bewegingen voor het breed- en diepstrooien en dan heb ik een „mitrailleur"-schutter, die met de 600 schoten, die hij in de minuut afgeeft, den infanterie-commandant, waarbij zijn sectie is ingedeeld, oneindig meer helpt, dan met de 12 schoten, die hij met zijn geweer zou hebben gedaan. Ik meen, dat de hoofdgroep der infanterie, waartoe de mitrailleurs toch behooren, niet verliest, maar wint zeer veel winten dat er talrijke infanterie-commandanten zullen zijn, die gaarne voor die winst een toch kleine aantal goede schutters zullen afstaan. (Op zijn hoogst 10 heele, op de 600 (of 1000) man, die zij te commandeeren hebben; gerekend 1 sectie Mitr. per Bat. inf.) Het lijkt mij nog steeds niet de aangewezen weg, eerst te 1207

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 73