Dec. 1916.] Overzicht van eenioe Buitenlandsche Tijdschriften. regeering door het opstellen van vele en mooie kustkanonnen en versterkingen het volk het gevoel wilde geven, dat er uitstekend voor de veiligheid van het land wordt gezorgd. Hoever men daar mede gaat, blijkt wel hieruit, dat volgens Sydenham Clarke (Forti fication) meer dan 66 millioen gulden werden besteed aan de ver sterking van een zeer gemakkelijk te verdedigen haven als San Francisco. Daardoor wordt een buitensporig voorbeeld van ver sterking gesteld, dat alleen te bereiken is voor een zeer rijk volk en dan nog weinig zal bijdragen tot de nationale veiligheid. Merkwaardig is daarbij een bericht in de Artilleristische Monatshefte Juni 1916, volgens hetwelk in de Amerikaansche volksvertegen woordiging door een der leden werd gemeld, dat voor de 1293 aanwezige vuurmonden van de kustartilierie niet meer dan 635 bedieningsmanschappen beschikbaar waren (1 per 2 stukken). Op papier telt het veldleger 8t batterijen van 4 stukken, de kustartilierie 290 compagnieën (verhouding 28: 110; NeJerland verhouding 42: ICO 'i In overeenstemming met de belangrijke plaats, die de kustartilierie inneemt, is dan ook de uitgifte van boven genoemd tijdschrift on der oppertoezicht van het bestuur van de „coast artillery school" en gedrukt op de „coast artillery school press". Hoewel de inhoud dikwijls van zeer technischen aard is, worden meermalen artikelen opgenomen, die van meer algemeen belang zijn en vooral voor ons van waarde, omdat zij uitingen zijn van een leger, dat, even als het onze tegenover eenen B.V. hoogstwaarschijnlijk een stra tegisch defensieve rol zal spelen. Ter kenschetsing noemen wij de volgende opstellen: Januari-Februari 1915: „De veiligheids-en inlichtingsdienst voor de kustverdediging". Deze moest volgens schrijver verzorgd worden door: le een bureau inlichtingen onder den Commandant der Kust artilierie, 2e een reeks draadlooze stations ter verbinding van de kustversterkingen, 3e door de kustartilierie bemande patrouilleschepen voor elke haven, le ten minste één verkenningsvliegtuig voor elke kustversterking, 5e kustwachten. Schrijver wijst ook op het groote belang van onderzeebooten voor de kustverdediging Hij voorziet, dat de kustartilierie naar den 2en rang zal afdalen, en beveelt aan een nieuwe wijze van kustverdediging in ernstige overweging te nemen Het Mei-juninummer bevat een zeer lezenswaardig opstel over „De aeroplaan in de kustverdediging". In het September Octobernummer bepleit een schrijver het uit breiden van de tegenwoordige Amerikaansche havenverdediging tot een verdediging van de geheele kust Een afdoend middel hiertoe zijn vliegtuigen en onderzeebooten, die in onderlinge samenwerking de landing op niet versterkte kustgedeelten moeten beletten. 1) Deze 100 voor vesting- en kustartie. samen. 1358

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 102