Onze Vestingartillerie aan de Tji Somang. [Dec. 1916.
Aldus was de toestand, toen de A. B. in den morgen van den 26cn
Juli bericht ontving, dat een rood detachement, sterk 4 bat infic,
1 comp. mitr., 1 afdeeling veldartie, 2 batt. zware artie. en verdere
hulpwapens en diensten, op marsch was langs den (onderstelden)
weg Pondoksalam 2 - Tjileunija.
Bovenstaande onderstelling bevat een uitgebreide stof voor bespre
king, die zoowel voor Infanterie- als voor Artillerie-officieren van nut
zal kunnen zijn.
Allereerst dan de beteekenis van de namen groep en vak. De
eerste wordt nergens anders gebezigd dan in het V. A. V. A. en uit
p. 3 van hoofdstuk V blijkt duidelijk, dat het vereenigen van batterijen
geschiedt ten behoeve van de artilleristisch-technische leiding. Een
verdeelen van hoeveelheden vestingartillerie over onderdeden van een
stelling heeft blijkbaar niet in de bedoeling gelegen van desamen-
tellers onzer voorschriften. G. H. p,114(2j stelt de vuurmonden,
welke zich door kaliber e.a. eigenschappen meer eigenen tot bestrijding
van de artillerie en de aanvalswerken des vijands, onder eenhoofdige
leiding onder de onmiddellijke bevelen van den A.B. De vereeniging
van de vestingartie tot een of meer groepen houdt geen rekening met
de in G. H. p. 94 (1) bedoelde indeeling van eene stelling in „onder
deden". Wordt een stelling door 2 brigades bezet en in 2 zulke
„onderdeelen" verdeeld, dan zou de vestingart. naar het totale aantal,
de ligging der batterijen en de terreingesteldheid wel tot 1, of ook tot
3 groepen kunnen worden vereenigd, onder leiding van den A. A. C.
Eene dergelijke regeling zal alleen dan mogelijk zijn, wanneer de
uitgebreidheid van de stelling zoo gering is, dat de A. B. van nabij
de verdediging kan leiden. Zoodra echter het terrein noodzaakt
tot het innemen van meer uitgebreide liniën, maar vooral, wan
neer niet meer kan worden gesproken van één aaneengeslo
ten stelling, omdat de verdediging de kenmerken van eene acces-
senverdediging gaat dragen, dan gaat een deel van de taak
van den A. B. over op de commandanten, die elk belast worden
met de verdediging van een „onderdeel", in de Preangerstellingen
ook wel „groep" genoemd. Ook voor de bestrijding van de artillerie
en de aanvalswerken des vijands zal dan aan zulk een groep eenig
vestinggeschut moeten worden toegevoegd.
Deze toestand zal eer regel zijn dan uitzondering, zoodat het
gewenscht is, dat de voorschriften daarmede rekening houden.
1295