Onze Vestingartillerie aan de Tji Somang. [Dec. 1916. zou er een regiment bereden art. bij de divisie zijn, bestaande uit twee afdeelingen. Hoewel het Gev. Voorschrift B. A. den naam regiments- comdt. niet kent, heeft het toch de taak van deze autoriteit om schreven en hem A. C. geroemd. Over de hoogere en de lagere verbinding handelen in het V. G. V. B. A. de punten 25 en 26 Dat de daarin neergelegde beginselen aanvechtbaar zijn, kan blijken uit de voordrachten over dat onderwerp in de Vereeniging t. b. v. d. Krijgs wetenschap van de toenmalige Majoors M. C. van der HOOG en T. F. j. Muller Massis Maar laat ons aannemen, dat de toepassing geen bezwaren ontmoet in het geval, dat het gevechtsfront van onze divisie r iet veel meer bedraagt dan bijv. 2000 M. Acht de A.B. het noodig aan elk der infanteriebrigades een afdeeling bereden art. toe te voegen, dan treden de Afd. Cn. niet onder de bevelen van de Br O., maar zijn de Br. Cn. slechts bevoegd aanwijzingen te geven, welke door de artillerie zullen worden gevolgd. De Afd. O blijven onder de bevelen van den A. C. Voor het geval, dat de 2e Br. aan den weg Padalarang-Poerwakarta optreedt en de Br. met een afd. bereden art. op den weg Wana- jasa-Poerwakarta, zal het wel niet aan twijfel onderhevig zijn, dat elke afdeeling bereden art. geheel uit het regimentsverband treedt en gehe 1 onder de bevelen van den Br. C. komt. In het tusschengeval door de onderstelling gegeven, zouden wij de toepassing van den in het G. V. gestelden regel verkeerd achten, omdat de brigades nog te zeer gescheiden en over te uitgebreid front optreden, dan dat er plaats is voor eenige bemoeienis van den Regts. C., die zich bij den A. B. te Tjikalong zal ophouden op 7 K.M. van de bij de 4e. Br. ingedeelde afdeeling. En hoe staat het met de verhouding tusschen den G.A.C. en den Afd. C., die bij de 4e Br. is? Hierover wordt geen woord gerept. Er is geen verhouding en dit strijdt met het algemeen aangenomen beginsel, dat alle bij een troepenmacht ingedeelde artillerie onder één commandant behoort te worden gesteld. Ook tusschen bereden en vestingartillerie moet samenwerking zijn. Wordt deze gemist, dan zal gezondigd worden tegen het beginsel van spaarzaamheid bij het inzetten der gevechtskracht (G. V. B. A. p. 27 en 28). Het vereenigen van bereden en zware artillerie in één hand zal ook 1) 1910 1911, Ve. Aflevering en 1912 1913, Ve. Aflevering. 1299 I. M. T. 1916. 83

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 37