Onze Vestingartillerie aan de Tji Somang. (Dec. 1916. en schiet, waarop ge wilt." In dat gevechtsvoorschrift voor de zware artillerie dient ook een en ander te worden opgenomen over de wijze, waarop de rolverdeeling tusschen zware en bereden artillerie zal moeten plaats hebben. Bij het samenstellen zal dan ook moeten worden afgezien van het begrip „vestingoorlog". De te geven algemeene regels voor het ge vecht van de zware artillerie zullen zoowel bij den strijd in de permanente stellingen als daar buiten zich geheel moeten aanpassen aan die voor het veldleger. Uit het voorgaande zal voldoende zijn gebleken, dat onze kritiek niet gericht was tegen de onderstelling, maar tegen het V. A. V. A. Wij kunnen den samensteller van de onderstelling er slechts dankbaar voor zijn, dat hij in afwijking van vorige jaren de vestingartillerie eens uit de stelling haalde en in omstandigheden bracht, waaronder zij ook in de werkelijkheid zal moeten optreden. De onderstelling was bestemd voor een eigen oefening van de vestingartillerie en begrijpelijk is het, dat de samensteller bij de uitwerking zooveel mogelijk er naar heeft gestreefd zich te houden aan de voor de V.A geldende voorschriften. Daarin is hij wonderwel geslaagd, maar tevens is gedemonstreerd, dat het V. A. V. A. niet voldoet aan de eischen, die aan een gevechtsvoorschrift voor onze vestingartillerie moeten worden gesteld. Bedenkt men, dat het aantal compagnieën vestingartillerie (Sabang en Tjilatjap niet mede gerekend) even groot is als het aantal bat terijen bereden artillerie en dat de hoeveelheid geschut door de V.A. bediend veel grooter is dan van de B. A.dan is het vreemd te zien, dat de B. A. wel een uitstekend gevechtsvoorschrift heeft, daar entegen de V. A., voor wat betreft het tactische deel, moet volstaan met enkele alinea's, die bovendien in hoofdzaak uit de G. H zijn overgenomen. Een grondige herziening van de vestingartilleriereglementen is noodig geworden en in de eerste plaats bestaat behoefte aan een gevechtsvoorschrift, dat rekening zal houden met een optreden van 1) In de onderstelling wordt de 4e Br. gesteund door 8 a 12 veldvuur- monden en 26 van de vestingart. Dit laatste getal is te fraai, maar 29 is niet overdreven. 1301

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 39