Overzicht van de militaire actie
Dec. IDl 6.]
king medegegeven aan de 4 schepen, welke den Resident, die in
verband met de alarmeerende berichten uit de hoofdplaats daarheen
terug wilde, en alle goedgezinden, die zich te M. Tembesi onder be
scherming van het Bestuur hadden gesteld, naar Djambi zouden
terugbrengen. Tegelijkertijd (9 Sept.) werden door den Gew. Mil.
Commandant 1 compagnie versterking ter bezetting van M. Tembesi
en technisch personeel voor het oprichten van een tijdelijk kampe
ment aldaar aangevraagd.
De Resident achtte versterking van de bezetting ter hoofdplaats
noodig en verzocht aan de Regeering een flottielje-vaartuig te zenden
voor machtsvertoon en ter verzekering van de verbindingen langs
de hoofdrivieren. Weliswaar werd toen ter hoofdplaats beschikt
over 8 brigades Inf. en 4 brigades G. P. (er was versterking aan
G. P. gekomen), doch daarvan zouden den llden September 3 bri
gades Inf. naar M. Tembesi vertrekken. Hier achtte de Gew. Mil.
Commandant het in verband met den toestand langs de B. Hari niet
raadzaam om M. Tembesi los te laten; de bedoeling was dan ook
om met verder oprukken te wachten, totdat de aangevraagde tweede
compagnie met technisch personeel zou zijn aangekomen ter bezet
ting van die plaats.
Den Hden September werd door 3 brigades bivak betrokken op
het hooge terrein ter plaatse van de afgebrande gevangenis; de
overige brigades bleven op de vaartuigen.
Overigens gingen de volgende dagen, afgescheiden van enkele
nachtelijke beschietingen, zonder noemenswaardige voorvallen voor
bij. Alleen kwam op I d September de G. P. van Sumatra's Westkust
onder Div. Commandant ,Ot van M. Tebo te M. Tembesi aan (zie
omtrent dezen tocht nader hieronder).
De verschillende berichten uit het Djambische hadden intusschen
op Java tot het besluit geleid, dat de nog achtergebleven compagnie
van Inf. X onder bevel van kapitein Snell op 12 September naar
Djambi zou vertrekken, vergezeld van 1 officier van gezondheid,
1 sectie Genietroepen en 50 dwangarbeiders. Tevens zouden daar
heen worden gezonden het flottielje-vaartuig H. Ms. Koetei en gewa
pende stoombarkassen.
Voorts werd door de Regeering bij gouvernementsbesluit van
12 September den Kolonel der Infanterie F.J Kroesen opgedragen
1306