Overzicht van Nederlandsche Militaire Tijdschriften. |Dec. 1916.
Hoewel de nood hier te lande nog niet zoo hoog is gestegen,
worden hier toch ook door de officieren bij de completeering van
kleeding en uitrustingstukken vaak moeilijkheden ondervonden,
in verband waarmede de vraag sterker naar voren dringt, waarom
ook niet wij het benoodigde tegen betaling uit 's Lands voorraden
mogen ontvangen, te meer waar zulks aan de officieren van de Ge
wapende Politie wel is toegestaan.
De rubriek „Uit de pers" bevat het uit,, The Times" overgenomen
uitvoerig officieel verslag van Admiraal Jellicoe over den zeeslag bij
Jutland (31 Mei 1916).
Uit de„ Korte Mededeelingen" stippen we aan:
dat de Duitschers als anti-luchtgeschut, b.v. bij de verdediging
van Ostende, gebruiken een Krupp-kanon van 10 4cML/45 (proj.
gew 15.5 K. G., Vo 800 M., max. hoogte 4000 M„ vuursnelheid
15 schoten per minuut, aantal scherven per G. K. 625);
dat in Amerika proeven worden genomen met stalen geweerhulzen,
welke ook reeds in Duitschland gebruikt schijnen te worden
dat te 's Gravenhage is opgericht de „Nederlandsche vereeniging
voor radio-telegrafie", welke zich onder meer ten doel stelt de
bevordering der radio-telegrafie, vooral met betrekking tot Nederland
en zijne Koloniën.
Onder inededeeling, dat het lidmaatschap voor alle belangstellenden
openstaat, nemen we gaarne de volgende woorden van het Marine
blad over:
„Wanneer men alleen maar denkt aan de noodzakelijkheid Ne
derland op radio-telegrafisch gebied onafhankelijk te maken van
het buitenland, en aan de beteekenis, die te hechten is aan directe
draadlooze verbinding van Nederland met de koloniën, dan beseft
men, dat de jonge vereeniging een rijk arbeidsveld voor zich heeft,
en wenscht men haar bij haar S'reven ten volle succes toe."
Vermelden we ten slotte nog de vragen van den Heer de Meester
betreffende de uitzending van zeemiliciens naar Nederlandsch-Indië,
en het antwoord van den Minister van Marine, benevens de inter
pellatie van den Heer Hugenholtz over dezelfde aangelegenheid,
waarbij in extenso het in de Tweede Kamer daaromtrent verhandelde
is opgenomen.
Militaire Spectator No. 9.
In „Opleiding van de Officieren van Gezondheid bij den troep"
behandelt de dirig. off. van gezondh. Roelfsema een onderwerp,
dat ook voor ons Leger van actueel belang is, omdat ook ten on-
1349
