Dec. 1916.] Overzicht van Nederlandsche Militaire Tijdschriften. voor het toekennen van onderscheidingsteekenen, o. m. aan deze categorie van militairen. Daarna geeft S een bepaalde methode aan voor de opleiding in het afstandenschatten. De luitenant-kwartiermeester de Roy van Zuydewijn gaat in „Kwartiermakers" uitvoerig na, welke de verplichtingen van deze functionnarissen zijn, speciaal onder de tegenwoordig in Nederland heerschende omstandigheden. Uit het artikel blijkt, dat men daar te lande beschikt over een boekwerk .Legeringsstatistiek", dat, vast gesteld bij aanschrijving van het D. v Oin het archief van iedere compagnie en grooter onderdeel is te vinden en vele gegevens bevat voor het onder dak brengen van troepen. Provinciesgewijze zijn daarin alphabetisch lexicographisch de verschillende gemeenten vermeld met haar onderdeden Achter iedere gemeente is het aantal huizen, inwoners, ziekenhuizen met aantal bedden, schoolgebouwen met aantal leerlingen, de drinkwatervoorziening, het aantal paarden en nog eenige andere gegevens opgenomen. Ook voor Java zou het beschikken over zulk een legeringsstatistiek groot gemak opleveren, zoowel bij de vredesoefeningen als voor oorlogstijd. Gelukkig kan geconstateerd worden, dat er aan gewerkt wordt en dat wellicht binnen niet te langen tijd ook bij ons elk tröe- pendeel een soortgelijk boekwerk steeds bij de hand zal hebben. Kapitein van Dam van Isselt vervolgt in „Een nationaal verde digingsmiddel" zijne beschouwingen over de Yserwaterlinie van 1914/191-^ en doet daarin duidelijk uitkomen, hoe machtigen steun de Belgen aan die onderwaterzettingen hebben gehad bij de ver dediging, doch tevens en dat is de keerzijde der medaille - hoe deze hem ook grcote moeilijkheden in den weg hebben gelegd, toen zij in het voorjaar van 1915 tot het offensief wilden overgaan. Het artikel brengt ook nog op den voorgrond, hoe de ellende, die aan weerszijden door de troepen in de voorste loopgraven van het geënundeerde gebied gedurende de najaars- en wintermaanden werd geleden, demoraliseerend werkt en eindigt met te wijzen op het voor eene eventueele oorlogvoering in het Nederlandsche polderland gewis bemoedigend feit, dat terwijl Luik, Namen, Maubeuge en Ant werpen, op wie torenhoog was gebouwd, alle binnen weinige dagen vielen, murw geschoten door de zware Duitsche artillerie—het zeer verzwakte Belgische leger het in de Yser-waterlinie met haar lage loopgraven onbepaald heeft uitgehouden, niettegenstaande het den verdediger hier nagenoeg volkomen aan zwaar geschut ontbroken heeft en zijn veld-artilerie voor meer dan de helft buiten gevecht was gesteld. Aan de hand van het Nederlandsche velddienstvoorschrift wijdt luit. Buys in „Achterhoede en flankdekkingen" eenige beschouwingen aan de taak en de wijze van optreden van de als zoodanig inge deelde troepenafdeelingen. 1352

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1916 | | pagina 96