Mr J Meihuizen. Antwoord. Alleen de commandeerende officier van het garnizoen, en niemand anders, kan naar den Krijgsraad verwijzen. De rang van dien officier komt daarbij niet in aanmerking. Is dit mogelijk in strijt met den geest der militaire subordinatie, sterker nog komt dit uit, als de PI. Mil. Ct b v twee officieren, hooger in rang dan hij, gelast tot het houden van een gerechtelijk onderzoek. Een kolonel wordt echter als iedere hoofdofficier naar het Hoog Militair Gerechtshof verwezen! Vraag. Behooren overtredingen tegen voorschriften omtrent het doen dragen van hondepenningen door honden, welke penningen immer uitgereikt worden, als en ten bewijze dat de hondenbelasting betaald is, door den Krijgraad te worden berecht of zijn de militaire overtreders aan den burgerlijken rechter onderworpen wegens overtre ding „betreffende 's Lands middelen en impositiën te water en te lande" (art ld. Crim. Wtb)? D te T. Antwoord. De Krijgsraad is competent. Immers de bekeuring betreft niet het niet betalen van belasting, doch het niet voorzien doen zijn van den hond van een penning op den openbaren weg. Alzoo het niet voldoen aan een politievoorschrift Ook al heeft men de belasting betaald, maar men vergeet den hond bij 't uitgaan de penning om te doen, is men immers strafbaar Bet uerspreiden non de gesloten sectie- Uit het artikel van V, onder bovenstaanden titel voorkomende in de September-aflevering van dit tijdschrift, is te concludetren, dat het nog niet van algemeene bekendheid is, welke motieven er tce hebben geleid het verspreiden (uit de flankformatie) op de vi- geerende wijze te doen geschieden. Schr. is n.l van opinie en zal hierin vermoedelijk wel niet alleen staan, dat deze beweging niet op de meest natuurlijke manier plaats heeft, althans hij zou yaarne ook hier te lande zien toegepast de methode, in het Nederlandsche h ger van kracht, waarbij de manschappen als het ware instinctief verspreiden. Wellicht kan tiet daarom van nut zijn het denkbeeld aan te geven, hetwelk bij het reglementeeren van deze beweging heeft voorgezeten. Toevalligerwijze is ondergeteekende in de gele genheid geweest hieromtrent iets naders te vernemen. Van een des betreffende bespreking door den korpscomdt., die genoemd werd als den geestelijken vader van het huidig voorschrift, herinner ik mij, dat het een reglement moest worden a double usage. Bij het 108

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 38