ontwerp diende n. 1. in het oog te worden gehouden, dat het re
glement in beginsel zoowel tegenover een B. V. als tegenover een
I. V. gangbaar behoorde te zijn.
Dies viel er niet te grijpen naar een vrij voor de hand liggende
tevens beproefde methode uit het moederlandsche voorschrift,
doch moest men wel zijn toevlucht nemen tot ietwat gekunstelde
evolutiën.
Als eerste vereischte diende hardnekkig vastgehouden te worden
aan het beginsel, dat de brigade, als eenheid tegenover een 1. V.,
onder alle omstandigheden gehandhaafd bleef. Zij mocht nimmer
uit elkander vallen; in de verspreide orde moesten hare groepen
neven elkaar blijven. Hiermede was de Hollandsche wijze van ver
spreiden reeds veroordeeld, aangezien daarbij steeds een der brigades
gehalveerd wordt
Het wil mij evenwel eenigszins bedenkelijk voorkomen, ter wille
van het behoud van het brigade-verband, zelfs meerdere kwets
baarheid te aanvaarden Naar veler oordeel is de sectie lang niet
snel genoeg uit elkander.
V. bespreekt voorts als een moeilijkheid voor den sectie-comdt.,
dat deze met het oog op de beschikbare ruimte rekening heeft te
houden, hoe zijn C° in te kleeden, of hij 1/ i deel links (rechts)
en '/3 deel rechts (links) moet laten komen. (Bedoeld zal wel
wezen 1/4 en 1/1). Zulk een nadeel zinkt naast het voorgaande
natuurlijk geheel in het niet, evenals het andere door schr. opge
somde bezwaar, dat tegenwoordig wel eens een der brigades geslo
ten over een pagger zal moeten klauteren Mij lijkt dit laatste
bovendien lichtelijk overdreven. Zoo de brig -comdt. niet reeds uit
eigen initiatief een gunstiger formatie zou doen aannemen, kan er
in R. I. I pt 104 t) voldoende aanleiding gevonden worden, in
het onderhavige gevai tijdelijk een vorm te kiezen, welke zien meer
eigent om deze hindernis snel te overwinnen
Aangezien dit onderwerp toch ter sprake gebracht is, wil ik deze
omstandigheid te baat nemen om na te gaan, of er op de uitvoering
niet wat valt af te dingen, zonder nochtans van des samenstellers
gedachtengang af te wijken. Uit den aard der zaak komt hiervoor
uitsluitend in aanmerking de beweging der achterste brigade.
„L)e achterste brigade wordt door haren C'. met snellen pas en langs
den kortsten weg naar de in het O aangegeven zijde geleid en,
in de aangegeven 2, lijn gekomen, verspreid" (pt. lil).
Aannemende, dat de S. C' b. v. rechts doet verspreiden, wordt de
achterste brigade aanvankelijk naar E geleid (gestippelde stand) en
vervolgens aldaar verspreid. De manschappen van het linker gelid
dezer brigade marcheeren op in de lijn C E. Duidelijkheidshalve zullen
we ons bepalen tot den achtersten man van dit gelid. Deze bevindt
zich oorspronkelijk in A en is na afloop der beweging in C terug
1) dan zullen de opstelling en de bewegingen der sectie met in
achtneming van de terreingesteldheid worden beoefend.
2) Hieruit blijkt dat er altijd een lijn aangegeven moet worden. Is dit
wel steeds noodig?
109