welke in het algemeen ook van onze verhoudingen toepasselijk zijn, ter lezing worden aanbevolen. Ten slotte het immer belangwekkend „Militair politiek maand overzicht," loopende tot 27 September. Mavors No. 12 (October). In „Een en ander omtrent omvattingen" bespreekt Majoor Bruijn de wijze, waarop de omvatting volgens de letterlijke lezing van de (Ned.) gevechtshandleiding zou moeten worden uitgevoerd, om daarna aan te geven, hoe naar zijne meening, om misvattingen te voorko men, het betrekkelijke punt in die handleiding zou moeten luiden, een en ander toegelicht met linieaire schetsen. Ook wijdt S. eenige aandacht aan de begripsverwarring inzake flankaanval, omtrekking en omvatting. Leest men aan de hand van dit artikel de punten 83 en 85 van onze G. H. na, dan zal men constateeren, dat ons voorschrift in dezen duidelijker en vollediger is. Kapitein Verberne beschrijft in „Vuren op luchtvaartuigen" in het kort een eenvoudig samengesteld hulpmiddel, combinatie van meetlatje en doelhoekmeter, dat elke sectiecommandant, zoowel, bij de infanterie, als bij de mitrailleurs, steeds bij zich kan dragen ten behoeve van het vuren op luchtvaartuigen. De waarde van de handgranaat is in den tegenwoordigen oorlog weder zoo naar voren getreden, dat Kapitein Hartogh Heijs van Zouteveen daarin aanleiding vindt om in „Grenadiers" de oprichting van speciale afdeelingen handgranatenwerpers te bepleiten. S. be spreekt de speciale opleiding en de wijze van gebruik van zoodanige afdeelingen en haalt ten slotte uit den huidigen oorlog enkele voor beelden aan van het succesvol optreden van de Fransche „grenadiers". „Si vis pacem, para bellum en si vis pacem, para pacem", een beschouwing van ritmeester v. d. Berg v. Saparoea, waarin wordt aangetoond, dat het streven van vredebonden, anti-oorlogsraden enz. kan samengaan met het bewustzijn, dat een goede nationale bewa pening noodzakelijk is. S., die zelf bestuurslid eener plaatselijke afdeeiing van den Ned. Anti-Oorlogsraad is, acht besprekingen over dit onderwerp door de officieren met hunne manschappen noodig om hen te doen beseffen, dat het huidige pacifisme, dat niet meer zooals vroeger alleen op het gevoel, maar in sterke mate op het verstand berust, en het „goed militair zijn" uitstekend kunnen samengaan. 127

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 57