Indië dienende officieren, daar ook bij behoud van den bestaanden toestand in voldoende mate ten behoeve van het Indische Leger partij getrokken kan worden van de in Nederland bestaande inrichtingen van miiitair-wetenschappelijken en technischen aard; 3°. dat het belang van den dienst het meest wordt gebaat, indien de bij elk der Legers ingedeelde officieren hun geheelen of althans verreweg het grootste gedeelte van hun diensttijd bij dat Leger doorbrengen; 4Q. dat dus van een eventueele geheele samensmelting van de officierskaders vooral het Indisch Leger een hoogst nadeeligen in vloed zou ondervinden, aangezien daarvan het gevolg zou zijn, dat ze officieren van het vereenigd officierskorps slechts gedurende een betrekKelijk klein gedeelte van hun diensttijd tot dat Leger zouden behooren; 5° dat, zij het dan ook in geringere mate, in het zooeven bedoel de opzicht evenzeer nadeelige gevolgen te duchten zijn van eene gedeeltelijke vereeniging der officierskorpsen; 6° dat het persoonlijke belang der officieren door de samensmelting allerminst gediend zoude zijn; 7°. dat de fusie in stede van vermindering eene belangrijke ver meerdering der uitgaven voor den Staat zoude beteekenen; 8°. dat het eene groote moeilijkheid zou zijn om te komen tot eene voor de betrokken personen billijke en rechtvaardige regeling der promotie, die tevens voldoende rekening hield met 's landsbe lang, en 9°. dat het aantal adspiranten dingende naar den officiersrang waarschijnlijk zou verminderen De staatscommissie (S C) komt tot de volgende resultaten: Nadeelen der fusie: 1. Onvereenigbaarheid met het belang van den dienst, omdat: a. de samenstelling en de werkkring van de Legers in Neder land en in de Koloniën veel punten van verschil opleveren, de taak der officieren loopt daarvoor te veel uiteen b. het niet mogelijk is om voor alle rangen officieren te kweeken, berekend voor de zoozeer uiteenloopende functiën: c. de bruikbaarheid der Indische officieren achteruit zou gaan; d. het voor de officieren in de 'noogere rangen noodig zou zijn om hunne geheele, althans het grootste deel, hunne carrière in Indië door te brengen; e. voor de hoogere Indische bevelvoering een specifiek Indisch officierskorps noodig is 218

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 10