Marineblad 1916-1917. 5e Aflevering (Januari 1917 Uit deze aflevering vermelden we: „IJmuiden als toekomstige oorlogshaven (voor klein materieel), van den luitenant ter zee Langelaan, waarin Schr. o.m. een project geeft van overdekte schuilplaatsen voor torpedo- en onderzeeboott n tegen bomaanvallen uit de lucht. ,.De ontwikkeling der moderne onderzeeboot", in welk artikel C» komt tot eene splitsing in le de onderzee-torpedoboot, 2e de onderzee-kruiser, 3e de onderzee-mijnenlegger. Vervolgens wordt elk dezer typen aan een beschouwing on derworpen. Schieten op vliegmachines" eene bespreking van dit onderwerp aan de hand van de door den Opperbevelhebber van Land-en Zee macht vastgestelde „Handleiding voor het vuren op luchtvaartuigen en van de daaromtrent in het „Reglement op de schietoefeningen met het geweer bij de K. M." opgenomen voorschriften. Voorts bevat deze aflevering nog: in Memoriam—A. G Ellis. Ter Nagedachtenis—L. A. Dittlof TJassens. Beschouwingen over de krachten, die op een projectiel werken gedurende het afleggen van de baan (vervolg). De theorie der getijden, met Naschrift. Korte Mededeelingen, en verder de gewone rubrieken. Daarna volgen nog verschillende begrotingsstukken, o. a. de memorie van antwoord van den Marine-Minister met betrekking op de Staatsbegrooting van 1917, waarin de inzichten van dien bewinds man omtrent de toekomstige samenstelling van de vloot kenbaar zijn gemaakt. We vinden dit gedeelte belangrijk genoeg om het wooideiijk te doen volgen: „Met de Staatscommissie (van 1912. J.) is de Regeering van oor deel, dat men zich bij het stelsel van verdediging van Nederlandsch- Indië ten doel moet stellen le aan elke poging tot schending van onze neutraliteit in den geheelen Indischen Archipel krachtdadig het hoofd te bieden; 2e aan een vijand het vermeesteren van ons koloniaal bezit te beletten Ten aanzien van de keuze der middelen, waarmede dat doel zal ziin te bereiken, sluit de Regeering zich aan bij de meening der meer genoemde Staatscommissie, dat daartoe in de eerste plaats verster king van de vloot noodig zal zijn. In dit verband meent ondergeteekende er op te moeten wijzen, dat eene kleine natie hare veiligheid niet uitsluitend in de grootte harer weermacht kan zoeken. Zij moet weten partij te trekken van de zich door economische oorzaken ontwikkelende machtstegenstel- 391

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 103