Werden in het voorgaande zooveel mogelijk de voor- en nadeelen voor afzonderlijke groepen tegenover elkaar gesteld, er zijn ook nog enkele algemeene voordeelen te noemen. Door het samenvoegen der promoties zal de concurrentie voor de eerste plaatsen grooter worden, waardoor het algemeen gehalte zal stijgen; ongewenschte verschillen in promotie, als thans voor komen, zullen verdwijnen, kunnen althans alleen wapensgewijze voorkomen; de appreciatie van eikaars streven zal grooter worden en het neerzien op menschen van het „andere Leger zooals nu helaas wel voorkomt, zal geheel verdwijnenterwijl een bevoordeelen van het eene Leger boven het andere dan niet meer zal mogelijk zijn. Voor den enkeling zullen er steeds bezwaren aan de samensmel ting verbonden blijven, doch deze zullen moeten wijken voor het algemeene belang, dat eischt dat zoowel in de Koloniën als in Ne derland ten allen tijde kan beschikt worden over een goed, degelijk onderlegd en krachtig officierskorps. ad. 5. De vrees voor onvoldoende aanvulling van het vereenig- de officierskorps. De meeste tegenstanders der fusie zijn van meening, dat op den duur de animo om officier te worden bij een fusiekorps zou verminderen. De toekomst alleen zal kunnen leeren, of die vrees werkelijk ge grond is. ad. 6. Het acclimatiseeren en de ziekteverloven. Moet er werkelijk van het eerste zooveel gewicht worden gehecht? Aangezien men er bij het gros der in Indië komende menschen zelden of nooit rekening mede ziet houden, zou ik zoo zeggen van niet. De indee ling van jonge officieren en kader geschiedt geheel naar de behoefte van het oogenblik en van speciale voorschriften om deze menschen den eersten tijd te sparen is mij niets bekend. Persoonlijk heb ik er ook nooit iets van gemerkt. Ook bij andere takken van dienst of bij den handel is mij nimmer opgevallen, dat daarmede rekening gehouden werd. Alleen bij de indeeling van Europeesche recruten wordt er op gelet. Groote nadeelen van een en ander worden blijkbaar met onder vonden. Sinds het te velde gaan zooveel is verminderd, is het aan tal verloven wegens ziekte belangrijk gedaald en vermoedelijk zal dat in de toekomst nog minder worden, als de officier door een langer verblijf in Holland frisscher en krachtiger weer naar de Kolo niën terug keeren, dan nu na eenige maanden verlof. 3G9 1. M. T. 1917 21.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 19