ad. 7. De S. C. was bevreesd, dat voor de fusie het gezag van den Gouverneur-Generaal zou verminderen. Zou dit werkelijk zoo zijn? Zou dit gezag dan alleen berusten op het recht van bevordering en ontslag, want benoeming tot den officiersrang geschiedt nu toch ook door de Kroon; terwijl ook de benoeming van opperofficieren aan deze is voorbehouden. Voor zoover mij bekend gaf het feit, dat de officieren niet door den G. G. benoemd werden, nog nimmer aanleiding tot het begrip van verkorting van diens gezag. Door echter aan den G. G. het recht toe te kennen in bijzondere gevallen officieren te bevorderen of te ontslaan, kan men aan het bezwaar tegemoet komen. ad. 8. Ten slotte het vraagstuk van de kosten. Ik geef dadelijk toe, dat vermoedelijk eene belangrijke vermeerdering van kosten zou plaats hebben. Wil men echter een goed leger hebben, dan moet men zich bij de meerdere kosten neerleggen en dat het geld èn in Holland èn in Indië niet beschikbaar zou zijn, kan ik niet gelooven, zoolang er nog firma's zijn, die 100°/o dividend kunnen uitkeeren na tallooze afschrijvingen en stortingen in reserve- en extra-reservefondsen (N. V. Neivelt en Goudriaan over 1915.) Ook in het orgaan van krijgsw. vermeldt de Majoor van den Generalen Staf J. van der Weijden onder op de bladz. 390 e.v., hoe er hier in Indië vermoedelijk nog geld genoeg gemaakt kan worden. Ook tegen het sluiten van eene leening ziet hij geen bezwaar, omdat n. z. m. „hetgeen noodig is voor rente en amortisatie dier „leening ligt op en in den bodem van Insulinde, een der rijksteen „vruchtbaarste landen van de geheele aarde". Hoeveel de vermeerdering der kosten zal bedragen, is niet aan te geven, de gegevens om daaromtent becijferingen te maken ont breken mij geheel. Ik zal mij er dus niet aan wagen. Echter wil ik wel in herin nering brengen, dat belangrijke posten, die nu in normale tijden jaarlijks op de begrooting komen, eventueel zouden vervallen. Zoo o. a. de traktements- en overtochtskosten ;voor verlofgan gers. Dit is steeds een vrij aardig bedrag. In 19*14 bijv. bedroeg het aantal officieren met verlof 142; deze kregen gezamenlijk aan traktement ruim 3 ton, terwijl de overtochtskosten heen en terug ruim 4 ton bedroegen. Waar verloven in het voorgestelde plan geheel komen te vervallen (alleen verloven buiten bezwaar van den lande 310

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 20