Verder zou men nog kunnen onderscheiden eene ten lastelegging
van óf het een öf het ander, zoodat het eene feit het andere uit
sluit, alternatieve ten lastelegging. Het verschil tusschen de vervan
gende en de alternatieve tenlastelegging moet men nu zoeken in de
omstandigheid, dat bij de eerste de feiten wel degelijk overeenkomst
vertoonen, maar op enkele punten afwijken en niet in ééne schul
digverklaring van den rechter kunnen vereenigd worden, terwijl bij de
alternatieve absoluut verschillende feiten worden ten laste gelegd.
Een voorbeeld zal het verschil duidelijk maken. Een soldaat wordt
beschuldigd van feitelijke insubordinatie; het gebeurde s'avonds, toen
beklaagde een sergeant een paar slagen toebracht, legt nu de au
diteur in verband met het feit, dat het donker was en het mogelijk
is, dat beklaagde niet kon zien, dat hij een sergeant slagen toebracht,
eenv oudig weg bij wijze van vervanging ten laste het moedwil
lig toebrengen van slagen dan wordt dus de feitelijke toedracht
der zaak op twee wijzen gedemonstreerd, hetzij als het toebrengen
van slagen aan een meerdere dan wel het toebrengen van slagen
aan een willekeurig persoonhier hebben wij dus een geval van
vervangende ten lastelegging. Anders wordt het geval, als men dien
zelfden soldaat ten laste legt, diefstal in de chambree of moord
dan is er sprake of van het een of van het anderenu zal dit niet
dikwijls voorkomen, dat men eene dergelijke alternatieve ten laste
legging uitbrengt, dit vindt men wel terug bij onderdeden van de
tenlasteleggingen, waarover straks.
Niet steeds houdt men in de practijk beide begrippen uit elkaar,
zoodat de rechter spreekt van alternatief, als hij bedoelt vervangend.
Dat de begrippen dikwijls ineenloopen, kan duidelijk worden uit het
volgende. Voor het hof te Arnhem werd voor de verdediging aange
voerd, dat in de ten lastelegging stond: „en beklaagde zelf ook wist,
althans moest weten" en dat dit was een primaire en subsidiaire
ten lastelegging. Het Gerechtshof echter gaf bij zijn vonnis van
17 Januari 1907 aan, dat hier geen sprake was primaire en sub
sidiaire vervangende) ten lastelegging, maar van slechts twee om
standigheden, eene gelijkstelling van strafbaarheid bedoelende en geen
afzonderlijke feiten, die noodzakelijk daartoe moesten leiden, dat bij
aldien een er van mocht worden bewezen, hierdoor het onderzoek
naar het andere overbodig wordt.—
Wij zouden echter kunnen zeggen, dat hier sprake was van eene
alternatieve ten lastelegging.
1) Weekblad v.h. Recht. No. 8570-
298