woord daarop is: „Gaat zelf kijken; overtuigt U van het goede materiaal, dat er is; bekijkt de veulens, die reeds zijn voortge bracht; let op dat alles, maar vooral op de groote werkkracht en onverwoestbare energie van den heer Couvreur en wat hierdoor tot stand is gebracht, en vraag U dan af, of er met die prachtige gegevens nog niet veel meer te bereiken is. En als een technische commissie samengesteld uit ter zake alleszins bevoegde autoriteiten, na een grondig ingesteld onderzoek, een zoodanig gunstig rapport indient, dat als gevolg daarvan het Legerbestuur stappen neemt om tot eene overeenkomst te geraken; als bovendien gelezen wordt het rapport van den Directeur van Stoeterij en Remonte Depot te Padalarang, den Majoor Groeneveld, en het aan den heer Gouvreur gericht schrijven van den Australischen fokker met 32 jarigen ondervinding op veeteeltgebied, George S. Hill, in welk rapport en brief o. a. gesprokken wordt over „de opvallend goede sterke beenen," over „den goeden vorm van hoofd en stand van beenen" der paarden, over „het niet, in welk deel van Australië ook, voorkomen van een geschikter plaats voor het fokken van paarden en vee" en als ten slotte van particuliere zijde wordt medegedeeld, dat de Ritmeester Jhr. Van Reigersberg Versluijs, die zich thans speciaal voor het remonteeringsvraagstuk in Holland interesseert, bij een bezoek in 1914 aan Djampit, dit een ideaal gelegenheid voor de fokkerij noemde; als men al deze feiten in aanmerking neemt, dan gelooven we toch wel, dat de toekomst i.z. de paardenfokkerij op Djampit met meer vertrouwen en minder bekrompen angst voor de penning had mogen worden aangedurfd". Mocht echter dan toch het critisch oog misschien een enkele onvolmaaktheid meenen te ontdekken, laat men zich dan vooral niet bepalen tot critiek alleen, maar dat men middelen zoeke tot verbetering! Zouden die niet te vinden zijn? Het Gouvernement noemde immers in de gestelde voorwaarden, die door den heer Couvreur geaccepteerd werden, o. a den eisch: „den Directeur der Stoeterij en Remont Depot te Padalarang erkennen als superin tendant" en zou dan zoo iemand niet in staat zijn om mogelijke fouten te doen herstellen? Neen, de woorden aan het hoofd van het slotartikel in het Soerabaiasch Handelsblad van 12 December '15: „Men verslaat in Indië den particulieren ondernemer door de wurgingsmethode" mogen niét waar gemaakt worden. De particuliere ondernemer moet gesteund worden en zeer zeker, wanneer een landsbelang-als dit- 423

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 27