van het totaal onzer strijdkrachten uitmaken. In verband met onze legerstrekte zal de strekte van bedoelde afdeelingen voor den partijgangersoorlog dus in totaal niet meer dan eenige honderden militairen mogen bedragen. 30. Van die kleine afdeelingen zullen, wil men er eenigszins belangrijke resultaten mee bereiken, geoefendheid, vuurkracht, vernielingscapaciteit en beweeglijkheid zoo hoog mogelijk opgevoerd moeten worden. 40. Men zal zeker moeten zijn van den steun der bevolking De taak van die afdeelingen is reeds in 't algemeen aangegeven in het boven sub lo. omschreven beginsel. De daarin genoemde samenwerking stelt geen geringe eischen aan de commandanten dier afdeelingen, waar wellicht reeds spoedig geen zoodanige verbinding met het hoofdleger meer zal bestaan, dat berichten over en weer, door het hoofdleger te geven bevelen en aanwijzingen, enz. tijdig ontvangen kunnen worden. Zelfs zal die verbinding misschien binnen korten tijd vrijwel geheel verbroken zijn. De commandanten der a. v. d. k. o. zullen vóór het verloren gaan van de verbinding zooveel mogelijk op de hoogte gesteld moeten zijn van het algemeene veldtochtsplan, c. q. wijzigingen daarin, daarvan verder voor zooveel doenlijk op de hoogte moeten blijven of door langs een omweg hun toegezonden mededeelingen of door zelf de bedoelingen der eigen partij uit te vorschen, en overigens zelf moeten beoordeelen, hoe zij de taak van de regel matige oorlogvoering op de meest doelmatige wijze kunnen ver lichten. Dat laatste kan dikwijls verre van eenvoudig zijn. Het indeelen bij de a. v. d. k o. van officieren die den krijgskundigen cursus aan de Hoogere Krijgsschool gevolgd hebben, is dan ook m. i. wenschelijk, voor zoover daarbij sub 2e genoemde beginsel niet in 't gedrang komt. Een gedetailleerde opsomming van alle verrichtingen, welke dien a. v. d k. o. ten deel kunnen vallen, is niet wel mogelijk en hier ook overbodig. Alleen wil ik nog opmerken, dat m. i deze troepen niet gebruikt dienen te worden als verkenningsorganen van het hoofdleger. Verder voorloopig aangeduid met av.d.k.o. Bijv. compagniescommandanten. 437

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 49