Mr. J. Meihuizen. en strafhoek (tot vaststelliug van het militair-zijn en artecedenten van beklaagde), doch tevens van de garnizoensorders waarbij officieren commissarissen zijn benoemd, om te begirnen met die, waarbij beklaag de naar den krijgsraad is verwezen (daar beklaagde gronden zou kunnen hebben tegen de wettigheid der verwijzing op te komen, de officter-com nissarissen te wreken), hetgeen Barré niet noodig schijnt te oordeelen. Vraag. Is het geoorloofd een Amb fuselier, die het Hollandsch goed spreekt en verstaat, zonder tolk te hooren? Antwoord Stellig, 't gebruik van een tolk is niet afhankelijk van den landaa d van de te hooren persoon. Echter is het wel aanbe- velenswatrd bij den aanva >g van het verhoor aan te teekenen, dat de getuige de Hollandscne tad voldoende machtig it», daar anders bij een lateren lezer van 't procesveibaal de meenig zou kunnen postvatten, dat 't niet gebruiken van een to k uit verzuim voortvloeide. 5et verspreiden van de gesloten sectie. In het Febr -nummer trof ik een bespreking door N D M. aan van dit onderwerp naar aanleiding van mijn artikel met ge- lijkluidenden titel Ik bep eitte daarin de wenschelijkheid om de in ons R. 1. I punt 111 voorgeschreven wijze van verspreiden der uit de flank opgestelde sectie te vervangen door de Hollandsche me thode (d i de gelederen links en rechts opmarcheeren.) Begrijp ik S goed, dan is hij het wel met mij eens, wat die wenschelijkheid aangaat, doch niet wat betreit de motieven, die ik er voor aanvoerde. Ik moet dan ook erkennen, dat het hoofdmotief door bespreking van andere nadeelen eenigszms in het gedrang is geraakt en ik wil daarom nog eens op d :n voorgro id stellen, dat het ook mij te doen is om de tegenwoordig steeds bij die beweging heerschenle verwarring te ontgaan, en wel door een veel eenvou diger wijze voor te schrij /en. N D. M deelt ons het denkbeeld mede, dat voorgezeten heeft bij de bepaling der tegenwoordige methoden en d.i dat de groepen eener zelfde brigade steeds bij elkaar moeten blijven omdat in den strijd tegen den I V. de brigade en niet de sectie-de tactische een heid is. Om hieraan te voldoen zijn we echt r gekomen tot een zoo ingewikke de en gedwongen manier, dat ze blijkt praktisch (d.w.z. in het gevecht) onuitvoerbaar te zijn En paar b-wijzen: le. In No. 13, jaargang Idla van het Orgaan der Officiers Ver- eeniging, zegt de schrijver van het artikel: „Eenige Opmerkingen naar aanleiding der jongste Leg ^manoeuvres" het volgende: „Nim mer zagen wij een sectie infanterie uit de flank staande of 456

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 78