dan kan de eerste de beste jonge officier van gezondheid ook als chef optreden, als hij maar zorgt het schema goed in zijn hoofd te hebben geprent, of het op een stukje papier in den zak bij zich te dragen. Het tactisch gebruik der verbandplaatsen. Dit gebruik moet na tuurlijk geheel anders zijn bij Europeesche legers, waar 3 ('mogelijk hier of daar nog 2) verbandplaatsen, vereenigd tot ééne verband- plaatsafdeeling bij eene divisie zijn ingedeeld, dan bij ons, waar voor iedere brigade afzonderlijk ééne verbandsectie is aangewezen. En daarom te meer behoort niet te vroeg en niet dan na zorgvul dige overweging de (hoofd)verbandplaats te worden opgericht, omdat daarmede tevens de laatste geneeskundige reserve uit de hand wordt gegeven. Evenals bij den troep moet steeds eene flinke reserve worden achter gehouden. Dat bij eene divisie 3 verbandplaatsen zijn ingedeeld, is uit taktische overwegingen geschied. Bv. bij een aanval, kan zoo noodig eene verbandplaats achter het front worden opgericht, de tweede na het wijken van den vijand midden in het verliesveld worden geworpen, terwijl de 3e den troep kan volgen en zoo noodig dienst doen, als de vijand in een opnamestelling stand mocht houden. Bij eene zuivere verdediging kan men er 2 in werking stellen, de 3e in reserve houden. Is de A.B. van plan een tegenaanval te doen, dan komt men er zoo evenwel niet, waaruit men kan zien, hoe nuttig het is, dat de chefarts van de plannen van den A. B. op de hoogte is en zich althans tot het begin van het gevecht in diens omgeving ophoudt. In laatstgenoemd geval is het niet geraden da delijk meer dan een verbandpl. uit de hand te geven, de 2e kan, als de tegenaanval gelukt, weer midden in het verliesveld worden geworpen, de 3e de vervolgende troepen volgen. Het is m.i. aan te raden, wanneer bij ons de brigades in algemeen verband vechten, dit systeem te volgen. Treedt eene brigade zelfstandig op, dan is grootste voorzichtigheid te betrachten. Een verbandplaats eenmaal in werking getreden, ligt tamelijk vast, is niet zoo spoedig op te heffen. Bij eene oefening is dit geheel iets anders. De patiënten, die dan nog aanwezig zijn, kan men wel wegwerken, de instrumenten en het keukengerei, hoewel uit elkaar gelegd, zijn niet gebruikt, dus niet vuil. Zoo gelukte het dan ook bij de verbandpl. afd., waarvan ik bij het begin der mobilisatie chef was, na meerdere oefeningen eene verbandplaats, die in werking gesteld was, binnen 20 min. op te heffen en marsch- vaardig te maken. In oorlogstijd zal dit heel wat langer duren. 503

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 37