Tetranitromethylaniline 8455 M/sec.
Pikrinezuur 8183 M/sec.
Trinitrotoluol 7618 M/sec
Schietkatoen (droog) 6383 M/sec.
Schietkatoen (met 20 water) 5228 M/sec.
De ontploffing is een explosie van de eerste orde, de detonatie
die van de tweede orde. Terwijl bij de ontploffing de reactiesnel
heid kan worden opgevoerd door betere opsluiting, vergrooting van
de ladingsdichtheid, enz., heeft bij detonatie een verdichting en
meerdere opsluiting slechts een zeer geringe invloed op de detona
tiesnelheid. Een detonatie verloopt dus in een projectiel en in de
open lucht even snel, mits in beide gevallen de inleiding voldoende
is. Bij detonatie heeft plotselinge ontleding plaats en komt in een
ondeelbaar kleinen tijd een groot volume gas vrij.
Voor een intensieve ontsteking leenen zich bij uitstek de knalpre
paraten, als knalkwik, knalzilver, enz. Voor militaire doeleinden wordt
alleen van het slagkwik gebruik gemaakt. Daar echter de behandeling
van deze knalstoffen zeer omzichtig moet geschieden, heeft men
naar een even krachtigen inleider gezocht, welke meer schokzeker
was. Gebruikte men om de detonatie in te leiden steeds een slag-
kwikpijpje van een of meer gram, de Kruppsche detonator bracht
hierin groote verandering. Vooral voor Indië, waar de bereiding van
slagkwik nog groote bezwaren met zich brengt en een massapro
ductie vooralsnog niet te verwachten is, is het toepassen van andere
detonators onvermijdelijk. Als inleider gebruikt men dan een St.
koker, waarin nitroglycerinekruit IA. De ontsteking geschiedt door
een aanvuurdop No. 3, welke op zijn beurt weer door een aanvuur-
dop No. 2 wordt ontstoken. Deze laatste ontvangt de vuurstraal
onmiddellijk van de kamerlading van de buis. Trotyl wordt op deze
wijze tot volledige detontatie gebracht. Vaak wordt ook, om gegoten
trotyl tot detonatie te brengen, als inleider geperst gebruikt, het
welk door een andere aanvuring wordt ontstoken. Het aanwenden
van slagkwikpijpjes verzekert steeds de volledige detonatie. Pikrine
zuur, trotyl etc. worden hiermede allen ontstoken.
Voor het meten van de detonatiesnelheid zijn verschillende toe
stellen in gebruik. En hiermede hoop ik een indruk te hebben gegeven
van de moderne springmiddelen. M.i. wordt op de K.M.A. veel te
weinig tijd besteed aan dit zoo belangrijke onderwerp. Zelfs een
overzichtelijk werk hierover ontbreekt.
Voor hen, die zich voor bovenbehandelde dingen meer mochten in
teresseeren, geef ik enkele werken, die voor deze studie onmisbaar zijn:
531
