Uan fllles Wat
De Engelsche militair-ueterinaire dienst aan bet front.
In het Hippische Jaarboek van Riemer's Magazijn vinden wij een
belangrijk uittreksel van een lezing, door den Militairen Paardenarts
lste kl. Dr. Thomassen gehouden in de Militair-Veterinaire Veree-
niging over bovenstaand onderwerp op 10 Februari j 1.
Waarom juist de keuze gevallen was op bestudeering der Engelsche
organisatie, werd uitvoerig uiteengezet aan de hand van een geschied
kundig overzicht, in zake de regeling van den veterinairen dienst bij
de groote mogendheden.
Engeland heeft n.l. den oudsten veterinairen dienst en tot op heden
ook den besten.
Dit laatste is te danken aan de groote zelfstandigheid, die deze
dienst in de Engelsche legerorganisatie heeft en ook aan de practische
vaardigheid der Engelsche veeartsen.
De Duitsche veterinaire dienst is nog van jongen datum. Vóór '70
was Beieren zijn tijd ver vooruit, doch sedert zijn toetreden tot den
Duitschen Bond verloren de militaire paardenartsen van dat land den
officiersrang, zoodat deze niet meer als voorheen in de gelegen
heid waren de belangen van den dienst te doen gelden.
De paardenartsen waren tot voor een tiental jaren „Höhere Mili-
tar-Beamten"; sedert dien vormen zij een „Veterinar-Offiziercorps."
Uit mededeelingen in Duitsche tijdschriften is te lezen, dat vooral
in het begin van den oorlog de veterinaire dienst van het Germanen-
leger te wenschen overliet Vooral het instrumentarium en de genees
middelenvoorziening schenen niet voldoende. Vol lof werd bericht
over de buitgemaakte veterinaire instrumenten en geneesmiddelenkis-
ten. Oorspronkelijk stonden de „Pferdelazaretten" ondercommando
van een cavalerieofficier, thans worden voor en na de paardenartsen
zelf tot commandant dezer inrichtingen benoemd.
In Frankrijk bekleeden de militaire paardenartsen eveneens den offi
ciersrang, maar de uitoefening hunner werkzaamheden wordt niet
alleen beïnvloed, doch helaas zoo goed als geheel beheerscht door
leeken.
De Franschen hebben weinig profijt getrokken van het voorbeeld,
dat hunne Engelsche bondgenooten hen op het gebied van de organi
satie van den veterinairen dienst hebben gegeven.
547