9888
9898
Boekbespreking.
8898
8888
Wij ontvingen ter recensie van de uitgevers een exemplaar van
de brochure door den gep, Generaal-Majoor K. M. van der Maaten
over „Z. E. de oud-Gouverneur-Generaal J. B. van Heutsz en de
defensie van Nederlandsch- Indië".
In een tijdschrift, dat bij voorkeur stukken van zuiver militair-
wetenschappelijken aard opneemt met uitsluiting van stukken, welke
een persoonlijk karakter dragen, behoeft de bespreking van eene
brochure als die van Generaal Van der Maaten niet bijzonder lang
te zijn. Immers, het voornaamste doel dezer brochure is aan te
toonen, dat Generaal Van Heutsz als Gouverneur-Generaal bewezen
heeft geen autoriteit op defensiegebied te zijn, zoodat zijn tegen
woordig optreden geen meerdere waarde geven kan o. a. aan de
geschriften van den Luitenant- Kolonel Van der Weyden. Eenige re
gels over de financiëele oplossing van het defensievraagstuk daar
gelaten, bevat de brochure geen zakelijke bespreking van de wel
bekende defensievoorstellen, zoodat wij haar verder met stilzwijgen
kunnen voorbijgaan, in afwachting, dat de Schrijver in eene vol
gende brochure heeft uiteengezet, waarom die voorstellen niet
kunnen leiden tot het gestelde doel. Hoogstwaarschijnlijk zal die
brochure uitblijven, daar, zooals Gen. Van der Maaten zelf hoopte,
een ander, i. c. Luitenant-Kolonel Merens, in No. 5 van het Orgaan
der Vereeniging ter beoefening van de Krijgswetenschap (1916-1917)
hem daarin voor geweest is.
Op de denkbeelden van Luit.-Kolonel Merens komen wij wellicht
mettertijd terug.
Red.
662