Korten tijd zichtbare doelen kunnen dan dadelijk voor een ieder
te vinden zijn, terwijl zij nu vaak al zijn verdwenen, eer zij zijn
gevonden en er op gevuurd is kunnen worden. Het spreekt vanzelf,
dat, waar ik hierboven sprak van doelen, dit in het algemeen geldt
voor punten in het terrein
Voor de officieren zou echter een <>/00 staatje meer gewenscht zijn.
Zijn zij in het bezit van een vizierkaartje, dan zijn zij tevens van
het eerste voorzien.
Zoo kan het °/o0 staatje b.v. nog dienst doen bij het aangeven
van doelen aan de artillerie, wat een goede samenwerking tusschen
dat wapen en de infanterie ook eischt
Stel, dat uit punt A (fig. V) een belangrijk doel E voor de eigen
artillerie wordt ontdekt, dat daar eenigen tijd blijft Nu moet dé
juiste plaats van E worden bepaald. Vlug leest men af, hoeveel
o/00 E van een duidelijk zichtbaar hulprichtpunt P af ligt. Men
verplaatst zich dan snel naar C en doet daar hetzelfde als bij A.
A en C zijn hier punten, die nauwkeurig op de kaart kunnen
worden aangegeven. In het bericht aan de artillerie wordt de
plaats van het doel E dan omschreven:
van uit punt A zooveel 0/00 links van P.
van uit punt C zooveel °/0o links van P.
De berichtontvanger kan dan op de kaart den stand van de
lijnen AB en CD bepalen en weet, waar zich dan doel E bevindt.
Het punt C kan ook genomen worden, door een bepaalden afstand
AC af te passen in de richting AF, welke richting dan vermeld moet
worden. Ook kan van uit C een ander hulprichtpunt worden genomen.
Men kent het schatten van een afstand tot een zeker punt A, door
met gestrekten arm een potlood vertikaal in de hand te houden én
over de punt er van naar A te zien met het rechteroog, terwijl het
linker gesloten is. Daarna ziet men met het linker oog het rech
teroog thans gesloten waardoor de punt van het potlood over een
strook van 100 °/0o naar rechts wordt verplaatst en nu bij A' gezien
wordt AA' wordt geschat, de afstand tot A is 10 X AA'?.
Met behulp van het °/00 staatje gebeurt dit schatten van afstan
den vlugger, daar men het dan in een beweging doet en geen waas
voor het oog krijgt, na het een tijd gesloten te hebben, zooals het
voor de manier hierboven moest. Men schat den afstand tusschen
twee punten, die 50 °/00, 100 °/00 of 125 0 van elkander liggen, ter
wille van een eenvoudige vermenigvuldiging, resp. met 20, 10 of 8.
O. C. A van Loon,
Eerste-Luitenant der Infanterie
605