bij de wet van 31 December 1909 stbl. 469, kwam voor het moe derland de detailregeling tot stand. In zeker opzicht is men in Indië het moederland hierin vóór ge weest. In de verschillende egeeringsreglementen van 1815,'18,'27 en '30 wordt deze quaestie onbesproken gelaten, doch in dat van 1836 lezen wij in artikel 29: „De Gouverneur-Generaal regelt „alles, wat strekken kan tot afbreuk van den openbaren vijand en „tot verdediging, zoowel van de bijzondere gedeelten van Neder- „landsch-Indië, als van de ingezetenen, personen en goederen. Hij „neemt daaromtrent den raad in van zoodanige zee- en land- „officieren, als hij verkiest, en geeft de noodige bevelen onder „zijne persoonlijke verantwoordelijkheid." Hoewel niet zonder moeite, getuige de vele discussiën, kwam in 1854 het hiervoren aangehaalde, thans geldende artikel 43 van het regeeringsreglement tot stand. De uitvoering van het bepaalde in dit artikel is nader vastge legd in het gouvernementsbesluit van 1 Juni 1904, staatsblad 37?. en staatsblad 373. Alvorens deze regelingen nader onder de oogen te zien, diene een bespreking van artikel 43 R. R. zelve daaraan vooraf te gaan. De le alinea van dit artikel zegt, dat, ingeval van oorlog of opstand, de G G. de maatregelen neemt, die hij in het belang van het Rijk (=Nederland) en van Nederlandsch-lndië noodzakelijk acht, ook de zoodanige, waartoe anders 's Konings machtiging vereischt wordt. Dat den G. G. en hem alleen dit recht is toegekend, behoeft thans geen nader betoog. Hoewel de G. G. niet zal schromen om eveneens bijzondere maatregelen te nemen in andere gevallen van gevaar dan juist oorlog of opstand, dit neemt niet weg, dat, waar alleen deze twee gevallen met name genoemd zijn, feitelijk andere gevallen zijn uit gesloten. Deze, o. a. dreigend oorlogsgevaar, gevaar voor opstand, toename van een bepaald soort misdrijven, bedreiging van de inwendige veiligheid van den staat, kunnen toch ook wel van dien aard zijn, dat buitengewone maatregelen moeten worden geno men, zonder daartoe eerst machtiging of goedkeuring van het Opperbestuur in Nederland te kunnen vragen. /Ven vergete niet, dat men hier te lande met andere toestanden heeft te maken dan in het moederland, dat b. v. een opstand kan uitbarsten tengevol ge van groote natuurrampen, die door de inlandsche bevolking aan andere oorzaken worden toegeschreven dan door den Euro- 572

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 6