mogelijk is (zie boven aangehaald rondschrijven), weldra niet veel meer. Wat de kaartentasschen betreft, zijn genoemde moeilijkheden weg te nemen door ze tevens in te richten tot dragen aan een borstriem over den schouder. Men heeft dan voor 't gebruik de tasch slechts op te nemen en laat haar na het lezen van de kaart eenvoudig weer uit de hand vallen ze blijft dan hangen aan dien riem. Buiten gebruik kan de tasch c q. aan den gordel gehaakt worden op de door de commissie voor bepakking voorge= stelde wijze. Voor wat de kaarten aangaat, zouden deze, voor zoover ze voor gebruik bij den troep bestemd zijn, m. i. veel beter voldoen, wanneer ze desnoods op het thans verkrijgbare minder geschikte linnen gedrukt, doch niet opgeplakt werden, en het steeds vouwen langs dezelfde lijnen verboden werd Ze zouden dan natuurlijk ook in ongevouwen toestand opgelegd en verstrekt moeten worden (c. q. opgerold). Bij het gebruik vouwt men ze zoodanig, dat ze in de tasch gestoken kunnen worden en men 't terrein van actie onder het mica heeft, hetgeen men opnieuw doet telkens tegen dat men buiten het van de kaart zichtbare terreingedeelte komt Wanneer de kaart niet meer gebruikt wordt, wordt zij in de tasch gelaten, zooals ze 't laatst daarin zat, en thuis er uit gehaald en opgerold of vlak uitgelegd opgeborgen. Van onleesbaar worden langs vaste vouwlijnen of door regen zullen we dan weinig last hebben en in ieder geval zal de kaart veel langer voldoende bruikbaar blijven dan een oorspronkelijk duidelijker gedrukte, welke wel vaste vouwlijnen heeft en bij regen niet steeds in de tasch gelezen kan worden. N. X. Een nraqg. Bij beschikking van het Dep. van Oorlog, Vllde afd. B., 4de Bureau, d.d. enz., is bepaald, dat de prijzen van conserven, te betrekken uit 's Lands voorraden, voor 't jaar 1917 zijn bepaald als volgt: 1 blik rijst met sambal en gehakt, N. R. f 0,18 voor Inlandsche militairen en f 0,17 voor dwangarbeiders. Waarom moet een Inlandsch militair meer betalen dan een dwangarbeider, die dezelfde V. I. geniet? Hierbij komt echter nog, dat de Eur., Amb. en Afr. militairen beneden den rang van adju dant-onderofficier, die een grootere V. I. genieten, voor een derge lijk blikje slechts 16 heele centen behoeven te betalen. Waarom moet Kromo, voor een speciaal voor hem geëigend N. R., met zijn mindere soldij en V. I., (omdat hij 't zelfde werk verricht als zijn Amb.-collega's zeker!) meer betalen dan zijn collega's van an deren landaard, voor wie echter ook nog andere noodrations als bruine boonen en hutspot verkrijgbaar zijn, noodrations echter, waar Kromo niet aan mag komen. 646

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 86