Verder is er n.m.m. nog een groot bezwaar in te brengen
tegen een dergelijke prijsbepaling, waarvan nog meer voorbeelden
aangehaald kunnen worden en wel het volgende: „Het werkt in
groote mate knoeien in de hand van de zijde van dengene, die
belast is met het beheer van het vivresmagazijn, waar tegen beta
ling dergelijke blikken conserven verstrekt worden". Men moet de
kat niet op het spek binden. Laat een vivresbeheerder b.v. een
aantal conserven verkocht hebben aan Inl. militairen (zooals
hier rijst met sambal en gehakt) en met een stalen gezicht op z n
vivresafrekening boeken eenen voorraad te hebben verkocht aan
Europeanen en Amboineezen, dan kan hij zonder gevaar het ver
schil in waarde in zijn zak steken en er kraait geen haan naar.
Nu zal men mij antwoorden, dan maar meer contröleeren. Maar
hoe? 't Is al één van de nachtmerrie's van een postcommandant,
dat administratieaangelegenheden zooveel van zijn werktijd in be
slag nemen. Actie moet No, 1 blijven, daarna - noodgedwongen - ad
ministratie. Door de administratie en intendance wordt echter vaak
gedacht of liever gedaan, alsof administratie 1) bij postcomman-
danten No. 1 is gezien de veelvuldig en eenige malen teruggezonden
procesverbalen van afkeuring van vivres en andere administratieve
staten en stukken, om aan te vullen, toe te lichten, parafeeren of
zelfs nog om over te maken, heel vaak om een nietige reden.
Het eenige, wat een postcommandant kan doen om eventueel
bovengenoemd knoeien te voorkomen, is n.m m. dit en wel zich niet
aan dergelijke prijsbepalingen te storen en alle militairen, nie
mand uitgezonderd, één en denzelfden prijs en wel den aagst vast-
gestelden te laten betalen. Dit is ook prettiger voor den vivresbeheer
der, die dan voelt, dat zijn commandant hem nooit van knoeien
zal kannen verdenken.
Tot slot nog een klein vraagje: „Waarom zijn de dekens en spreiën
van dwangarbeiders van beduidend kleinere afmetingen dan die
van de militairen?"
De justitie mag daar wel rekening mee houden en alleen die
menschen veroordeelen tot dwangarbeid, die kleiner zijn dan onze
middelsoort Inlandsche of Amb. militairen, want anders passen ze
niet in hun dekens en spreiën.
West-Ceram, 6 Mei 1917.
A. M. Sierevelt,
Eerste-Luitenant der Infanterie.
1) Zulks overkomt niet alleen postcommandantenRed.
647