Ronde- en Ueldnandgranaat. Een ieder weet. dat de handgranaat zich een belangrijke plaats heeft veroverd in de hedendaagsche munitieuitrusting. Het gebruik van handgranaten is niet iets, hetwelk dateert uit dezen oorlog; reeds vroeger heeft men onder verschillende vormen gebruik ge maakt van projectielen, welke uit de hand werden weggeworpen of geslingerd. Ook het Indische Leger beschikt over een handgranaat van rond model, gemaakt van gietijzer. Deze holle kogels worden gevuld met 42 gram zeegraskruit. Op het projectiel wordt geplaatst een buis tot handgranaten, waarbij dan de sluitschroef vervangen wordt door den sluitdop, indien de granaat voor werkdadig vuur moet worden gebruikt. In figuur 1 is een voor het gebruik geheel gereede granaat weer gegeven; terwijl in figuur 2 een afzonderlijke schets van de buis tot handgranaten met sluitdop is gegeven. De werking van de buis blijkt genoegzaam uit de beide figuren. Begrijpelijk is het, dat na werking der buis het zeegraskruit (de springlading der granaat, fig. 1) ontstoken wordt en het projectiel tot springen wordt gebracht. Voor de werking van de buis zie fig. 2. De buis bezit een dub bele veiligheidsinrichting. Twee veiligheidspinnen verzekeren den vasten stand van den schokker. De eene pin, eenvoudig veiligheids- pin genoemd, wordt bij gebruik het eerst uitgetrokken, waarna de schokker nog op zijn plaats gehouden wordt door de trekker (haak) met Mg. draad. Door het uittrekken van deze zekering komt de schokker vrij en beweegt zich onder den druk der spiraalveer naar achteren; de punt der naald komt in het slaghoedje (dit hoedje bestaat uit 3 din. KCLO3, 3 dln. Sb2S3 en ldl. slagkwik), het hoedje wordt ontstoken, ontsteekt daarna de doorboorde buskruitkorrel (salpeterkruit revolver-), waardoor een saskolom wordt ontstoken. De brandtijd van dezen kolom is 3 sec., zijnde ongeveer de vluchttijd van de granaat bij maximum worpsverheid. 677

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 21