oei groene boekje
Bij het ontwerpen van het „groene boekje", het Voorschrift op
den Artillleriedienst der Vestingartillerie (V. A. V. A.), is, Kapitein
Kiès deelt het ons (officieus?) mede, uitgegaan van de volgende
grondslagen
1. een logisch tactisch gebruik der vestingartilleriebatterijen in
onze stellingen;
2. de bijzondere omstandigheden van ons Indische terrein, die
het noodig maken de waarnemingen van verschillende posten in
een centraal punt te verwerken;
3. wij moeten het doen met onderofficieren-vuurleiders (en pei
lers. D.).
De eerste grondslag treedt in het groene boekje en in het be
toog van Kapitein Kiès vooral in dezen vorm naar voren: de ves
tingartillerie strijdt in permanente stellingen, dus kunnen de meest
uitgebreide maatregelen worden getroffen tot voorbereiding van
doelver kenning, richting en waarneming.
De derde grondslag heeft gevoerd tot het streven de peiling,
richting en vuurleiding zóó voor te schrijven, dat zij geheel mecha
nisch kunnen worden uitgevoerd.
Hoe heeft men in het groene boekje op deze grondslagen voort
gebouwd?
Volgens de thans nog geldende voorschriften worden de doel-
verkenning en de vuurwaarneming voor de batterijen in groepsverband
in hoofdzaak verricht door sergeanten, korporaals en kanonniers
peilers en waarnemers. Wanneer men deze mannen aan het werk
ziet en kennis neemt van de uitmuntende resultaten door hen bereikt,
dan moet men bewondering hebben voor den ernst en den ijver,
waarmede zij hun zware taak volbrengen en niet minder voor de
1) Naar aanleiding van: J. Beudeker. „De Vestingartillerie niet meer
altijd te laat", I. M. T., Februari 1917, en Ch. Kiès. „Naar aanleiding van
„De Vestingartillerie niet meer altijd te laat"", I. M. T., Mei 1917.
653
I. M. T. 44 19)7.