hem dus nog héél véél moet worden bijgebracht, vóór hij voor die taak berekend kan worden geacht, en wanneer alle pogingen, alle ernstige pogingen hiertoe gefaald hebben, d h kan men een zóó vernietigend oordeel over den Timorees vel en, als nu geschiedt in den regel, maar eerder ook niet En ik durf te verzekeren, dat dan het oordeel heel anders zal luiden, dan nu het geval is. Zelf heb ik nooit bij een recrutenbataijon gediend, n aar naar ik van een collega van het koips gehoord heb, die er wèl bij heeft gediend, zijn de Timoreezen de slechtste recruten neg lang niet, en hij legde daarbij den radruk vooral op, wat betreft schieten en marcheeien (twee zéér voorname onderdeelen der opleiding dus); integendeel konden zij dat zéér goed, en waar het gesprek terloops op zijnen diensttijd bij het recrutenbataljon te Solo was gebracht en hij mij dus geheel ongevraagd deze inlichtingen gaf, trof het mij des te meer, na hetgeen ik bij het 21e Bat van Timoreezen had gezien. Geenszins is het in het voorgaande mijne bedoeling geweest de slechte geoefendheid der Timoreezen (want als regel is die slecht) geheel te wijten aan officieren en kader der veldbataljonsslechts wilde ik aangeven, dat deze zich niet teveel moeten dekken achter de recrutenopleiding en verder maar berusten in wat bestaat Oo' bij de veldbataljons is nog heel veel te verrichten, vóórdat de militaire opleiding van den man als nagenoeg voltooid kan worden beschouwd, en een zeer dankbare taak is daarbij weggelegd voor iederen gegradueerde, maar voor de officieren in het bijzonder. En nóg sterker zal dit blijken, wanneer straks de Eur. militie in ons Leger hare intrede zal hebben gedaan. Ofschoon er, voorzoover ik weet, rog geen vaste plannen bestaan omtrent de oefening der miliciens, lijkt het mij toch onwaarschijnlijk, dat deze bij eenige depotbataljons zal plaats vinden en zal dus een groot gedeelte der opleiding zoo niet de geheele opleiding - bij de veldbataljons moeten geschieden. Laat dus door officieren en kader van deze bataljon, ook als vóór- oefening hiervoor, vooral de period van 15 Nov. - tot 1- Juni en die van 15 Juni 15 Juli (welke beiden tóch reeds zoo kort zijn en overladen) benut worden. Allereerst dient echter de recrutenopleidirg gotd te zijn, opdat bij de veldbataljons kan worden voortgewerkt op een goeden grondslag, wil men resultaten verwachten. En dan komen wij al dadelijk tot de vraag: waaraan het te wijten is, dat de recruten opleiding zooveel te wenschen over laat. 759

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 49