complex, bij de lezing waarvan we sterk worden herinnerd aan de
„belabberingen" (kampong-omsingelingen), zooals die eenige jaren
her in Pidië in zwang waren.
„Eenige zeer eenvoudige kaderoefeningen", zooals de schrijver,
maj. Bruijn, ze zelft noemt, worden gegeven in zijn artikel „Kader
oefeningen op het terrein met korpraals en sergeanten".
„Moeilijke momenten in de aanvoering" doen zich volgens luit.
Roelofsen voor tijdens den terugtocht en de vervolging, waarbij de
eigenschappen der lagere aanvoerders in het bijzonder tot hun recht
komen; dit thema wordt dan verder in eenige bladzijden uitgewerkt.
Ten slotte „Militaire wedstrijden" van kap. v. D. Lijke, die
verschillende maatregelen bepleit om bij de diverse oefeningen
wedijver op te wekken en zoo de belangstelling en animo te doen
toenemen; ook lezenswaard.
Militaire Spectator No. 6 (Juni 1917).
De lste luit. der Artie. Rietsema beantwoordt aan de hand van
verschillende berekeningen de vraag „Welke zijn de meest gewensch-
te opstellingen voor batterijen Vesting-Artillerie, die deelnemen aan
het afsluitingsvuur?" Schr. gaat uit van laag en volkomen vlak
terrein en heeft zich beperkt tot de in Nederland voor dergelijk
vuur meest gebruikelijke vuurmonden, nl. 6 cM. Veld, 8 cM. St. en
10 cM. op lage affuit.
De beschouwingen en berekeningen bieden voor onze artilleristen
geen nieuws.
De kapt. der Infie. Prey behandelt „De inrichting eener stelling, die
frontaal moet worden aangevallen", waarbij in toepassing wordt ge
bracht hetgeen in de „Tactische en technische aanwijzingen", zoo
mede in de oorlogslitteratuur terzake wordt vermeld.
Als voorbeeld is genomen een stelling voor één divisie ten Z.
van de Maas bij Grave, waarvan het beloop en de indeeling zijn
aangegeven op een als bijlage bij het artikel gevoegden grijsdruk
van de stafkaart. Er is gerekend op drie lijnen van weerstand;
de artillerie wil Schr, in hoofdzaak opstelling doen kiezen tusschen
de 2de en 3de en achter de 3de linie, met slechts enkele batterijen
onmiddellijk achter de lste linie; een en ander wordt toegelicht.
Op een tweeden grijsdruk is aangegeven, hetgeen geschieden
moet in het belang van de geneeskundige verzorging van den troep,
terwijl daarop mede de verpleging (aanvullings- en uitdeelingsplaat-
sen, smalspoorbanen) schematisch is aangegeven.
Wat de versterkingen betreft, wenscht Schr. in de allereerste
plaats in de voorste linie den arbeid te besteden aan het maken
van de versperring, granaatvrije schuilplaatsen (kleine, voor a 34
sectie) en uitkijkposten en zwaar gedekte mitrailleuropstellingen, waar
bij van de gedachte wordt uitgegaan, dat na de artillerie beschieting
793