De Sie. C. wijdde nu al zijn aandacht aan den hoofdweg, en heeft hiermede eenigszins „im Feinde hineindisponiert". Hef was •weliswaar tengevolge van een ongeoorloofde handeling, dat de stel ling bekend werd en de vijand dus op zijn qui vive was; maar men mag toch ook wel veronderstellen, dat hij een gevaarlijke open strook niet met zijn hoofdmacht zou overschrijden, vóórdat de dekking aan de overzijde behoorlijk was veikend. Waarmede ik intusschen niet wil zeggen, dat aan den hoofdweg niet veel aandacht moest worden gewijd. De opdracht, door den detachementscommandant aan de artillerie te geven, had kunnen luiden: A. in bewakingsstelling bij Te bewaken strook: Vuuropening op mijn bevel. Of bv: Vuren op zoo groot mogelijk afstanden, op bevel van den Sie. C. Geen vuur op in stelling staande vijandelijke artillerie, tenzij op mijn last. Minimumafstand (Dekkingsmaatregelen). Ik bevind mij bij den Sie. C. Verdere afspraken omtrent punten, waaraan bijzondere aandacht moest worden gewijd, hadden mondeling of schriftelijk kunnen worden gemaakt. De Sie. C moet een afschrift hebben van het geheele bevel. Bandoeng, September 1917. (wordt vervolgd). J. B. van der Poll, Kapitein der Artillerie. 822

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 28