De „rustperiode" uan bet eerste tijd perk Dan bet oefeningsjaar uol- gens G.O.l. Daar na afloop van de Groote Manoeuvres al spoedig de zoo genaamde „rustperiode" volgens G.O.l. zal aanbreken, komt het mij van belang voor met het oog op de werkzaamheden tijdens die periode, het ondervolgende ter sprake te brengen omtrent de vor ming van de Eur. O.O"in verband met de eischen, waaraan dat kader moet voldoen. Aangezien we moeten woekeren met onzen tijd, en er zoo veel te verbeteren en te voltooien valt - hetgeen in dezen tijd van groote en meerdaagsche oefeningen noodgedwongen niet of slechts zeer ongeregeld en onvolledig kan geschieden lijkt het mij niet overbodig, om met klem aan te dringen en op te wekken tot het inspannen van alle krachten en het aanwenden van de volle energie en ambitie, ten einde een zoo hoog mogelijk nuttig effect wat betreft het in alle opzichten voor hun taak berekend maken van de Eur. 0 0"in die korte periode te verkrijgen. 1, laatste alinea, G.O.l., eischt, dat de opleiding zoowel aan de zedelijke vorming als aan de ontwikkeling van verstandelijke en lichamelijke vermogens haar volle aandacht zal schenken. Wanneer we nagaan, hoe het daarmee bij onze jongere Eur. 0.0"gesteld is, dan komen we tot de gevolgtrekking, dat aan een en ander nog veel hapert. Wat de lichamelijke ontwikkeling aangaat, is hierir, in den laatsten tijd een verandering ten goede merkbaar, o. a. een gevolg van hoogere eischen, welke tegenwoordig aan de lichamelijke ontwik keling van de cadetten en hoofdcursianen gesteld worden, en van het doen volgen door officieren van cursussen in athletiek en sport spelen, welke vanwege, den Bond voor Lichamelijke opvoeding in den Haag werden en worden gehouden. Hier en daar hebben zich reeds onderofficierssport- en schietvereenigingen gevormd, hetgeen ten zeerste toegejuicht mag worden. 823

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1917 | | pagina 29